Bob is dood. Ik heb het niet over Bob, de bouwer, maar over Bob Van Staeyen van De Strangers. De Strangers zijn / waren de NiteSpirit of Brikkeljon Bluesband van Antwaarpe, die internationale hits omvormden tot plezante liedjes in eullese dialect. En ook ’t stad wier bezongen in “Aantwaarpe, gaa zè toch ver mao...".
Nu was er enkele dagen geleden een artikel in de gazetten over welk eigenlijk het Antwaarps volkslied is en of dat de Sinjoren dat wel zouden kennen. Dat volkslied is blijkbaar niet massaal gekend, want het is niet dat liedje van De Strangers. Ook niet “Oh lieve Vrouwe-toren” van La Esterella of “De lichtjes van de Schelde” van Bobbejaan Schoepen. Het volkslied zou gaan over de Schelde en het scheldewater. Een muzikale ode aan de stroom zelf, bijeengepuzzeld door ene Karel Mestdagh, notabene een Brugs componist (go figure).
Begin 20ste eeuw zou het - wereldwijd - hip geweest zijn om stromen en rivieren in liederlijke teksten te bezingen. En omdat we hier van Mechelen zijn, ben ik eens gaan rondneuzen op dat WWW of er liedjes zijn die ons Dijle bezingen. Paul Michiels uit Heist op den Berg ( aka Polle Pap van Soulsister ) heeft wel een liedje over een (and I quote) rode Dijle. Na even opzoekwerk gaat dit over een bloed-rode Dijle in Leuven toen de vikingen daar moordden, verkrachtten, plunderden en brandschatten anno 891.
Dan vind ik ook de vermelding van enkele Dijle-liedjes. Is het steeds dezelfde tekst en muziek of niet, want ik vind verschillende vaders en uitvoerders : Peter Cabus in 1964, Floris Van der Mueren en Renaat Verbruggen (zoek “Dijle” in de links).