boeiend boekwerk over haast vergeten Mechelse economie!

met categorie:  

 

(foto François van der Jeught: Jan Smets)

Er zijn amper nog sporen van te vinden en er is in het verleden eerder fragmentair wat over opgetekend. Nochtans was de scheepsbouw in onze stad ooit een erg belangrijke economische tak.  Misschien sta je er van versteld.  Dat was ik ook.  Ik kende wel wat grote lijnen van dit boeiende verhaal, maar het hele plaatje was tot hiertoe vaag voor mij.  Als ik dan hoor van François van der Jeught dat in de 15de eeuw de Mechelse scheepsproductie door haar sterke concurrentiekracht de Antwerpse scheepsbouw overvleugelde en zélfs benadeelde, verbaast me dat en groeit mijn nieuwsgierigheid!   Binnenkort verschijnt er een wel erg boeiend naslagwerk waarin nader ingegaan wordt op de scheepsbouw in onze stad in de 17de en 18de eeuw.  Ik kijk er naar uit.  Niet alleen de geschiedenisfreak zal er een hele kluif aan hebben, maar ook de modale Maneblusser die meer wil weten over dit aspect van onze stad zal er zijn gading in vinden.  Mijn exemplaar heb ik alvast gereserveerd! 

'De Mechelse scheepsbouwers en hun scheepsverkopingen in Mechelen in de zeventiende en achttiende eeuw' is van de hand van François van der Jeught in samenwerking met Marvin Olbrechts en Jan Peeters, voorzitter van Ravensteyn vzw.  Het boek is voorzien voor half november.  Met François heb ik een gesprek over deze intrigerende episode van onze stad...

 

Over de scheepsbouw in Mechelen werd al wel één en ander gepubliceerd in de jaarboeken van de Koninklijke Kring voor Oudheidkunde, Letteren en Kunst van Mechelen.  (tussen haakjes: steeds geweldig lectuur die een aansluiting bij deze Kring alleen al maar rechtvaardigt!).  Het ging dan voornamelijk over de scheepsbouw in de 15de en 16de eeuw.  Voor deze artikels werd samengewerkt met Gustaaf Asaert en dat is niet zomaar de eerste de beste.  De man is ererijksarchivaris en gewezen departementshoofd van de Rijksarchieven Antwerpen, Beveren en Hasselt.  Een ware autoriteit met een enorme kennis over dit onderwerp.

Gustaaf Asaert (°1929) is trouwens leeftijdsgenoot en vriend van ons aller Mechelse Monument Marcel Kocken die we wel eens het levend archief van onze stad durven noemen.  Beiden zijn oudleden van de Provinciale Commissie voor Geschiedenis en Volkskunde Antwerpen.

 

  (foto: Jan Smets.  Marcel Kocken)

 

Gustaaf vertelde zijn vriend Marcel dat hij nog héél wat gegevens bezat over scheepsverkopingen op de Antwerpse markt van nieuwe vaartuigen van Mechelse scheepsbouwers.  Hij wou maar al te graag zijn documentatie ter beschikking stellen om er een studie van te maken, want aan de scheepsbouwers was in Mechelen nauwelijks aandacht besteed.  Maar zelf kon Gustaaf zich nog moeilijk verplaatsen naar onze stad om verdere opzoekingen te verrichten...

Maar de bal ging nu wel aan het rollen....

 

François van der Jeught:

(foto: Jan Smets)

 

Marcel vroeg me of ik het zag zitten om Gustaaf Asaert in Antwerpen op te zoeken.  Het resultaat was dat ik een lijst ontving met namen van Mechelse scheepsbouwers, het type schepen die ze verkochten, wie de kopers waren, de prijzen van de vaartuigen en gedetailleerde bronvermeldingen uit de Antwerpse archieven.  Een heel lange lijst.  De 'opdracht' was om in de Mechelse archieven de scheepsbouwers op te zoeken.  Wie waren zij?  Waar woonden zij?  Hoe waren hun familiebanden? Hoe was hun ambacht georganiseerd?  Welke schepen verkochten zij in de Dijlestad en aan wie?

 

Het werd een huzarenwerk!  Bijna dagelijks werden opzoekingen gedaan in ons Mechels stadsarchief!

François was er de geknipte man voor daar hij vroeger reeds samenwerkte voor artikels in de jaarboeken van de Oudheidkundige Kring.  Meer bepaald: 'Mechelse scheepsbouwers op de Antwerpse markt in de vijftiende eeuw' (2016) en 'Mechelse scheepsbouwers en hun scheepsverkopingen in Mechelen en Antwerpen in de zestiende eeuw' (in twee delen in 2017 en 2018) voor wie het graag nog even opzoekt...

Mechelen speelde in die 15de eeuw een sleutelrol.

 

Als kleinste gebied van de Zeventien Provinciën, midden in het hertogdom Brabant, bleef Mechelen in de 15 de eeuw tot in het derde kwart van de 16de eeuw een draaischijf van productie en handel in vrachtschepen.  Ook scheepsbouwers, schippers en kooplieden uit steden in Brabant, Holland, Vlaanderen en Zeeland verkochten in onze Dijlestad hun vaartuigen.  Tot dan woonden en werkten de Mechelse scheepsbouwers geconcentreerd buiten de Winketpoort op de beide oevers van de Dijle.  Daar lagen hun werven.

 

Maar...als gevolg van de politiek-religieuze conflicten verschoof het zwaartepunt van de scheepsbouw van buiten naar binnen de Winketpoort om daar te 'verankeren'...

 

Dat was rondom 't Veer, de Plankstraat, de Dobbelhuizen en de Tichelrij.  Vandaag zijn daar nog sporen van te zien.  Het vandaag bijna verdwenen Tuinstraatje aan 't Veer herinnert aan de scheepswerven, want een 'tuin' was een scheepstuin, een scheepswerf en had dus niets te maken met het kweken van groenten...

 

(fragment uit de plattegrond van Mechelen uit het laatste kwart van de 16de eeuw naar een origineel plan van Jan Van Hanswijck (kopie door Jan Baptist de Noter uit 1812).  Het noorden is aan de linkerkant.  Aan de Dijle de Winketpoort (1) met de Vleeshouwerstoren (2) op de rechteroever en met daarachter de Plankstraat (3) die parallel loopt met de Oude Melaan (4).  Op de rechteroever van de Dijle vanaf de Kraanbrug (5) de Tichelrij (6) en de Dobbelhuizen (7).  Tegenover de Dobbelhuizen het doodlopende Puijselmanstraatje of Tuinstraatje met daarachter een poortgebouw (8).  De Dobbelhuizen werden gedwarst door 't Veer van aan de Sluisbrug (9) over de Oude Melaan en uitgevend op de Dijle met watertrappen waarvan vandaag nog sporen aanwezig zijn.  De scheepswerven intra muros lagen op de oevers van de Dijle kortbij de Winketpoort.  (Beeldbank Mechelen) )

 

Het dieptepunt in de scheepsbouw was de periode van het Calvinistisch Bewind tussen 1580 en 1585 in onze stad.  Er volgde nadien wel een heropleving in de periode van het Twaalfjarig Bestand met het bestuur van de aartshertogen Albrecht en Isabella.  Toch bereikte de Mechelse scheepsbouw nooit meer haar vroeger peil.

 

Hoe de scheepsbouw in de 17de eeuw evolueerde?  Het antwoord ontbrak.  Uit nieuwgierigheid zette ik mijn archiefopzoekingen verder en verzamelde nieuwe biografische gegevens over de Mechels scheepsbouwers, over waar ze werkten en woonden, welke vaartuigen ze verkochten en wie de kopers waren.  De opzoekingen besloegen opnieuw vele maanden.  De gegevens lagen te wachten om te verwerken tot een nieuwe bijdrage: het derde luik en sluitstuk over de scheepsbouw in onze Dijlestad.  de 'gedwongen' periode van 'anders gaan leven' tijdens deze coronaperiode inspireerde me om hiervan werk te maken.  De eerste regels werden geschreven op 10 mei en ik kon de basistekst voltooien op 28 juni!

 

(handtekeningen en handmerken van de Mechelse scheepsbouwers Van den Hoije, Inghels, Bellens en Croone onder een contract van 1625 met de Mechelse schipper Tsertoghen voor de levering van een nieuw pleitschip)

 

In samenwerking met Jan Peeters, voorzitter van de Heemkring Ravensteyn vzw en met Marvin Olbrechts - die beiden archiefvrienden zijn van François, wordt binnenkort deze studie uitgegeven in eigen beheer.

 

Uit het historisch onderzoek kwam naar voor dat de Mechelse scheepsbouw verder groeide in de eerste helft van de 17de eeuw.  Daar waar in Antwerpen de scheepsproductie in elkaar stuikte omstreeks 1660, onderging de Mechelse scheepsbouw pas twintig jaar later hetzelfde trieste lot.  Toch bleef onze stad nog tijdens het bestuur van keizerin Maria-Theresia (1717-1780) - naar Zuid-Nederlandse normen - een belangrijk centrum voor scheepsbouw om pas nadien uit te doven.

 

 

Het is een boek om naar uit te kijken!  Voor het eerst worden 68 scheepsbouwers voor het voetlicht gebracht met een overzicht van hun hun bedrijvigheden.  Het resultaat is verrassend.  De uitgave bevat 45 illustraties, een inhoudstafel en een index op de namen. Het boek telt 160 pagina's.

 

De voorintekenprijs (tot 31 oktober) bedraagt per exemplaar 20 euro.  U bespaart dan 4 euro, want nadien bedraagt de prijs 24 euro(zonder verzendingskosten ten bedrage van 5 euro).

Voorinschrijven kan door te mailen naar:

heemkringravensteyn@gmail.com

en het bedrag van 20 euro (+5 euro indien te verzenden) over te schrijven op rekening:

BE92 0682 0724 0123

 van Heemkundige Kring Ravensteyn vzw, met de vermelding: 'Mechelse scheepsbouwers'

Afhalen van de bestelde boeken kan tijdens het stamboomweekend van de kring op 14 en 15 november in de OLV-kerk van Hever.

 

(de cover van het boek toont een panoramische stadszicht.  Het laat de oevers van de Dijle zien met de buiten de stad gelegen scheepswerven...)

 

Gustaaf Asaert is heel tevreden met het resultaat en zijn waardering voor het werk van François is groot.  Hij zegt dat hij Mechelen een grote dienst bewees door een vrij onbekende bedrijfstak zo duidelijkin het licht te stellen.  Asaert is zeer tevreden dat hij een bescheiden aanzet kon leveren.  Marcel Kocken noemt het zelfs pionierswerk dat voor Mechelen een duidelijk nieuwe kijk geeft op het economische leven van eertijds.  Hij stelt dat dit ook bewijst dat vroegere vorsers eerder gemakzuchtig waren door te te steunen op gemakkelijk leesbare kronijken en daar gewoon van afschreven...

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Winket en Deigempoort - Vindt de verschillen...

Ander tijdstip, misschien ?