Van niks naar iets: familie Vanhuynegem schreef geschiedenis in Mechelen-groentenstad

met categorie:  

 

(foto linksboven: Jan Smets)

Breedlachend ontvangt hij ons: Harry Vanhuynegem - een joviale zeventiger en spraakwaterval.  Hij woont bijzonder mooi in het landelijke Rijmenam in een riante woning omringd door heel veel groen.  Ver weg is hier de stad waar hij geboren werd en waar hij zovele jaren werkte.  Hard werkte.  Hier heerst alleen de rust.  De rust én de stilte..

 

 

 

We krijgen een warme handdruk en gastvrij leidt hij ons naar de veranda voor een gezellige babbel.  Wat voor een babbel!

Met Harry bladeren we door de belangrijke geschiedenis van Mechelen als groentenhoofdstad van ons land.  De firma Vanhuynegem waarvan Harry de laatste van drie generaties selfmade-men is, mag een hoofdstuk hiervan in vergulde letters schrijven.

 

 

Van Huynegem PVBA was verdeler-distributeur van groenten.  Klein begonnen stopte de firma uit de Augustijnenstraat in 1990 toen de zaak werd overgelaten aan Champix, een champignonkwekerij uit Asse.  Nadien ging de firma over in de handen van Univeg (nu Greenfields).

Op het einde van de rit werkte men in het familiebedrijf met vijfenvijftig personeelsleden en reden hun vijf à zes camions van noord naar zuid.  De zaak was in 1981 al verhuisd naar Rijmenam omdat de locatie in onze stad te krap werd.  Harry was toen veertig jaar, en te jong om te gaan rentenieren. Uiteraard.  Hij gooide het roer helemaal om, en begon een taverne: 'Berendonk' aan de Dijleweg in Rijmenam.  Deze taverne sloot na een zestal jaren de deuren en Harry begon weerom totaal iets anders.  In 1996 begon hij te werken bij zijn zoon die een internationaal boekhoudkantoor runt in Antwerpen.  In de boekhouding.

 

(foto: Jan Smets)

 

Deze zoon uit mijn eerste huwelijk heeft daar een mooie zaak uitgebouwd.  Hij heeft de ondernemende aard van de familie.  Eigenlijk was ik daar een soort van bode, een manusje van al.  Tot mijn pensioen heb ik er gewerkt.  Op mijn veertiende stopte ik met school en werkte ik mee in het bedrijfje dat mijn grootvader had opgezet.  Weet je dat ik zelfs nog als kleine patotter af en toe bij een bakker in de buurt ging helpen om een koek te krijgen (lacht).  Werken zat dus in het bloed.  Ik heb zowat alles gedaan: kuisen van groenten, de techniek, met de camion gereden...  Gezegend was is met twee rechterhanden.  Ik ben fier op wat mijn grootvader, vader en ikzelf hebben bereikt.  Maar pas op: fier zijn is nog wat anders dan een dikke nek hebben.  Wat is hard werken?  Goh... als je iets graag doet...

 

Stil zitten doet Harry nu nog niet.  Geboeid is hij de laatste jaren door genealogie.  Hij heeft een indrukwekkende verzameling doodsprentjes.  Wel 500 000 exemplaren.  Alles mooi opgeslagen op computer.  Ook daar kan hij goed mee overweg.  En dat al héél lang.  Hij wou al snel met een computer leren werken toen dit alles nog niet zo ingeburgerd was.

 

(foto: Guy Foqué)

 

Weet je dat in de achttiende eeuw een voorvader Vanhuynegem naar Nederland is getrokken?  Maar je weet hoe dat gaat: toen men zijn naam wou noteren in het bevolkingsregister ging men enkel verder op de fonetische klanken.  Met zijn Brussels accent moet de naam als 'Vanhanegem' hebben geklonken.  Zo stond het sindsdien geboekstaafd bij onze Noorderburen.  Onze familie komt inderdaad uit het Brusselse.  Bompa Henri werd in 1896 geboren in Meulenbeek dat in die tijd nog een eerder landelijke uithoek was van de hoofdstad.  Dat is nu wel helemaal anders geworden.  Om één of andere reden kwam hij in Mechelen terecht en huwde er met mijn grootmoeder, Leonie Huské.  Deze woonde in de Hanswijkenhoek.  Deze familie Huské-Diddens had er een groentenwinkel aan de Tervuursesteenweg.  Bompa had niet gestudeerd maar feeling voor zaken had hij wel.  Dat zat in zijn vingers.  Tot op hoge leeftijd bleef hij het bedrijf dat hij oprichte op de voet volgen...  Na hun huwelijk woonden ze in de Huidevettersstraat, bijna vlak over de Vleeshal.  Nadien verhuisden ze naar de Augustijnenstraat die toen nog Fabriekstraat werd genoemd naar een dekenfabriek die daar in de jaren vijftig vernield werd door brand.  Ik was toen nog klein en heb er een heilige schrik voor vuur opgedaan.  Maar terug naar het begin: mijn vader ging in die eerste jaren groenten kopen op de markt voor de winkel van zijn schoonouders.  Hij deed dat met talent en kwam steeds met de schoonste producten thuis. Dat viel op, en hij begon dit stilaan ook voor anderen te doen.  Steeds meer klanten kreeg hij.  Zo begon het allemaal.  In 1933 begon hij als kleine zelfstandige de firma Vanhuynegem.  Nu werd het pas echt 'serieus'.  Tot hiervoor was het eerder wat gesjacher.  Bompa kocht zijn groenten op de Mechelse markt en ging ze nadien verkopen op de Brusselse markt nabij de Beurs.  Succes bleef niet uit.  Zo was hij ook één van de eersten die zijn naam in houten kaskes verkocht in plaats van in rieten manden.  Mét zijn naam er op (verkeerdelijk nog in twee woorden gespeld).  Henri Vanhuynegem zou later één van de eerste kopers op de veiling van Sint-Katelijne-Waver worden: de MTV die in 1950 werd opgericht in deze Mechelse buurgemeente.

 

 

De firma huisde in de Augustijnenstraat 70.  De gebouwen werden later verkocht aan de Hanswijkparochie die er haar atelier en opslagplaats voor kostuums en rekwisieten voor de Hanswijkprocessie in onderbracht.  In de Augustijnenstraat waren er vele groentenhandelaars actief in de periode dat Vanhuynegem er aan de slag was....

 

Je had hier Jefke Charles, en Armand Celis met Lies van 't Schief Gat ("zou je dat wel opschrijven?"), Sylvain De Coninck, de drie broers Lejeune, Van Saet, Rozeke De Becker...  Van dat alles rest nu niks of niemand meer.  We zijn één van de laatsten die hier de deur toetrokken.  We waren ook één van de grootste. Dat kwam omdat onzen bompa altijd grote klanten had (Lejeune was ook succesvol. Die verkocht aan Duitsland en het Belgische leger...).  Onze groenten leverden we ondermeer aan de PRIBA in Brussel die zijn depot had in Zellik.  De groenten werden in Mechelen opgekocht, verkocht in Brussel, PRIBA distribueerde ze dan, en zo werden ze nadien in de PRIBA van Mechelen doorverkocht.  In 1953 loopt het bijna faliekant af met de firma.  De zaken boeren achteruit.  En dat had alles te maken met dezelfde PRIBA die later zou worden opgekocht door INNO.  Zij besloten om geen groenten meer af te nemen.  Het water stond aan onze lippen.  Mijn vader Georges wou toen starten met groenten te steriliseren in glas.  Dat was toen erg in.  Zo zouden we ook kunnen leveren aan beenhouwers.  In Nederland op een beurs ontdekte hij de eerste plastieken zakjes, en dat bracht hem op een idee.  Als we nu eens porij en selder zouden snijden, met een broodmachine, en dit alles zouden verpakken in die zakjes?  Zou dit kunnen lukken?  We wisten het niet.  Bompa haalde 50 000 frank af van zijn rekening en stelde voor om er mee 'oep congé' te gaan.  We zouden er van profiteren.  Het was misschien voor de laatste keer.  Met de familie trokken we voor een maand op vakantie naar Menton aan de Azurenkust.  Het was 1953 en ik was negen jaar...  Toch zouden die plastieken zakjes met gesneden groenten de redding betekenen voor de firma.  Het was innovatief.  Dat zag PRIBA wel zitten.  Ze hadden zoiets ook in Frankrijk gezien: groenten die in plastieken zakjes werden verkocht.  Maar gesneden: dat was nieuw.  We mochten dus leveren aan PRIBA.  Nadien kwam ook de Grand Bazar van Antwerpen naar ons toe.  We hadden meteen een tweede 'dikke klant'!  Maar dat was buiten PRIBA gerekend.  "Helaba! da's ons idee!" foeterden die.  We mochten niet leveren aan de concurrentie.  Enfin: einde van de discussie: het was immers het idee van mijn vader Georges.  Onder de naam 'Legumex' leverden we voortaan aan PRIBA en onder de noemer 'Malinex' verkochten we aan Grand Bazar!  Veel later kwamen bij die grote klanten ook nog Delhaize en MAKRO bij.  Maar het is inderdaad zo dat PRIBA als eerste is gestart met de verkoop van onze gesneden groenten (soepgroenten, bouillon en wortelen).  Ons familiebedrijf bleef een groot afnemer van de boeren en tuinders uit de streek.  Toen begonnen werd met gesneden groenten hadden we immers steeds meer groenten nodig.  Zo kwam de leverante op gang op de Vrije Groentenmarkt aan de Zandpoortvest.  Omdat we bijna altijd van dezelfde producenten kochten maakte wij afspraken dat ze hun waar rechtstreeks naar ons konden brengen.  Zo moesten die mensen niet om drie uur 's nachts uit hun bed om naar de markt te gaan.  de boeren en tuinders brachten hun koopwaar rechtstreeks naar onze firma.  Ze konden alzo hun uren zelf regelen.  Sommigen kwamen kort na de middag.  Het voordeel was dat we alles 's morgens konden klaarmaken en zo hadden wij versere groenten dan de concurrentie.  Bij hoveniers die geen vervoer hadden gingen we zelf de waar afhalen...

 

(foto's: Guy Foqué)

 

Harry  Vanhuynegem liep als kleine jongen school aan de RMS op de Zandpoortvest - vlak achter de hoek...

 

Maar op veertienjarige leeftjd stopte ik met school.  Nochtans was ik vrij straf in rekenen, Frans en Nederlands.  En ook het techniek was mijn ding.  Eigenlijk had ik mijn zinnen gezet om in de SITO in die richting iets te gaan doen, maar dat kon toen nog niet.  De RMS had wel een soort van tuinbouwafeling.  Maar goed.  Ik begon dus in de familiezaak.  Op de onderste trap.  Ik heb alles geleerd en gepikt met mijn ogen.  Van niks naar iets.  Bompa die zevenennegentig werd en overleed in 1971 bleef nog actief in de zaak tot zijn vijfennegentigste levensjaar.  Zo bedisselde hij tot dan nog steeds de aandelen.  Bompa Henri was zachtaardig en behulpzaam, maar anderzijds was hij een gewiekst zakenman met oog voor kwaliteit.  Vader Georges was een ander type.  Die had minder die feeling.  Ons ma was dan weer de madam.  Ze voelde zich mede-uitvindster van het nieuwe product en was fier dat op haar palmares te kunnen schrijven.  Vader is ook oud geworden.  Hij stierf op zijn negenentachtigste.  Mijn moeder werd negentig jaar.  Ik werd de laatste Vanhuynegem in de familiezaak.  Mijn drie kinderen uit mijn eerste huwelijk en mijn twee kinderen met met tweede vrouw Soraya Verschooten die ik leerde kennen in het bedrijf, gaan nu heel andere richtingen uit.  Niemand zit in de branche die de naam Vanhuynegem groot heeft gemaakt...

 

(foto: Guy Foqué.  Met Petra Van der Poel en Harry Vanhuynegem)

 

Het zakentalent heeft Vanhuynegem inderdaad groot gemaakt.  Ooit werd gestart met twee camions.  Daar kwam later een derde bij...

 

 

Dat was onzen Tarzan!  Een camion van Ford met speciale vering.  Was ook nodig.  Hij woog 2,5 ton!  We zijn altijd blijven moderniseren.  In het begin was dat versnijden van de groenten handwerk.  Later deden we dat machinaal.  Met 'ne combiné'  - altijd met andere messen voor de verschillende soorten groenten.  We verpakten ze zo voor hutsepot, kolen, ratatouille...  Van de vijfenvijftig werkmensen die we in dienst hadden op 't laatst, waren negenennegentig procent vrouwen.  Zij kuisten en versneden de groeten.  In 1978 kochten we een nieuwe machine om automatisch te kunnen wegen.  het koste veel maar na twee jaar was deze bij Patyn in Brugge bestelde machine stuk.  Hij marcheerde niet meer.  Gelukkig kon ik dat met mijn technische kennis na lang sleutelen oplossen.  Ik was nochtans geen machinebouwer, maar ging veel naar beurzen, en zoals ik reeds vertelde: ik pikte met mijn ogen.  Deze machine was een hele vooruitgang.  Het versnelde het productieproces.  We konden nu zevenduizendtweehonderd zakjes vullen per uur.  Dat ws zo maar eventjes zes keer meer dan voordien.  In ons bedrijf waren we ook één van de eersten in het land die werkten met een aardappelschilmachine.

 

Harry is een rasverteller...

(foto's: Guy Foqué)

 

Bompa Henri kwam in het begin van vorige eeuw reeds langs bij mijn overgrootvader André Van der Poel die hovenier was in Battel.  (ooit zou deze nog eens de eerste prijs winnen voor de 'schoonste wortelen van den handel' en kreeg hij hiervoor een diploma getekend door de gekende Mechelse kunstenaar Albert Geudens...  Van Huynegem koos altijd voor de beste kwaliteit, weet je wel...).  Later zou zoon Georges Vanhuynegem dit verderzetten.  Nu bij de zoon van André - Jef Van der Poel - die nog een Welvaartwinkel runde aan de Battelsesteenweg.  En vele jaren later zou de zoon van deze laatste, Corneel Van der Poel - nog inspecties uitvoeren bij de firma Vanhuynegem.  Corneel had tuinbouwschool gevolgd in Mechelen en had nadien nog tropische landbouw gestudeerd met het oog op werk in Belgisch Congo.  Dat is nooit doorgegaan, maar hij ging van start als controleur bij de Nationale Dienst voor Land-en Tuinbouwproducten.  ("een correct en menselijke man" verzekert ons Harry).

 

(André Van der Poel en echtgenote Maria Van Santfoort aan hun serre)

 

Drie generaties Vanhuynegem en Van der Poel: door tuinbouw en 'legumen' met mekaar verbonden.

Met mijn achternicht Petra - dochter van Corneel Van der Poel - zit ik aan tafel met Harry Vanhuynegem.  We praten over deze nijverheid die onze stad zo lang en met veel succes op de kaart heeft gezet.

Over dit alles is het doek gevallen in de Augustijnenstraat.  Alleen de herinneringen blijven.  Maar de naam Vanhuynegem klinkt nog steeds bij velen als een klok.  Hier in de groene rand van Mechelen heeft Harry een nieuwe stek gevonden.

Ik heb bewondering voor wat drie generaties van deze familie heeft klaargespeeld.  Van niks naar iets.  Met creativiteit en doorzettingsvermogen.  Zonder studies, zonder centen: zo begon een jongeman uit Meulebeek bij Brussel aan de weg naar boven.  Hij werd een Mecheleir om trots op te zijn.

 

...zolang je geen dikke nek krijgt...  En onze groenten nu?  Goh: die krijgen we van de geburen hier.  Beter als op de veiling!  (lacht)

 

Dan diept hij voor ons een fles wijn op: speciaal gebotteld voor de familie Vanhuynegem.  Het staat mooi afgedrukt op het etiket.  Kwaliteit voor alles.  Zo is het familiebedrijf ook groot geworden.  Werken en genieten van het leven: dat is het motto.  Zo is hij ten voete uit: een handige Harry met twee rechterhanden en een kop voor zaken doen.  Een sterke en warme persoonlijkheid...

Moet het nog gezegd dat het een héél gezellige namiddag werd daar in Rijmenam?

 

(foto: Guy Foqué)

 

(met dank aan Petra Van der Poel voor de assistentie en Guy Foque voor de foto's)