(foto's: Jan Smets)
Het staat hem nog haarscherp voor de ogen - alsof het de dag van gisteren gebeurde...
Het was een grijze, winterse dag. Samen met mijn vader liep ik door de stad - een stad die we nog amper kenden. We woonden hier nog niet zo lang. In een huurhuis in de Locomotiefstraat. Alles was nieuw. Ik kende wat Engels. Mijn vader niet. Communiceren verliep moeilijk. In een boekhandel in de Bruul vond ik een woordenboekje 'Russisch-Nederlands'. Aangezien ik als Armeniër ook Russisch sprak, kocht ik het. Met bijeengesprokkelde woorden uit dat boekje stelde ik een zin samen: "Ik zoek een school". Op de Grote Markt sprak ik zo de voorbijgangers aan, die me verbaasd aanstaarden...
Hij lacht, terwijl hij voor mij een glas Ararat - een straffe Armeense cognac van 40 graden inschenkt. Even sterk als de koffie die hij me zette. Even straf als hijzelf is: Vladimir Voskanian. Urenlang hebben we samen gespraat in zijn moderne, smaakvol ingerichte woning in de Lindenstraat, in de Colomawijk - over het verleden, maar ook over de toekomst. Want vooruit wil hij in het leven. Daar is hij al aardig in geslaagd. In snelvaarttempo zelfs.
Als veertienjarige kwam hij met zijn ouders en negen jaar jongere zus Tatev naar Mechelen. Vanuit Jerevan, de Armeense hoofdstad. Over het waarom wil hij het liever niet hebben. Vladimir was opstandig. Hij wou niet mee. Niet alles achterlaten. Na één gesprek met zijn vader begreep hij dat er geen andere keuze was. De situatie maakte dat een alternatief niet mogelijk was. Op 18 oktober 1995 is de familie in Mechelen gestrand. Het was moeilijk. Men heeft moeten knokken. Het gezin Voskanian was toen één van de eerste Armeense gezinnen in onze stad. Nu zijn zijn ouders blij dat ze de stap hebben gezet. Ze zijn terecht trots op hun beide kinderen die het 'gemaakt' hebben. In één generatie klommen zij uit het dal. Vladimir noemt zich nu in de eerste plaats Mechelaar. Met Armeense roots... Maar vooral dus: fiere Mechelaar!
Armenië is een eeuwenoud land dat zich ooit uitstrekte van de Kaspische tot de Middelandse zee. Het ontstond reeds 1500 jaar voor Christus. In 301 was Armenië het eerste land in de wereld dat het christendom aannam als staatsgodsdienst. Maar de geschiedenis van het land verliep woelig, en regelmatig werd Armenië onder de voet gelopen door andere volkeren, of simpelweg geannexeerd. Telkens opnieuw vochten de Armeniërs terug - tegen ondermeer Perzen en Arabieren. Telkens opnieuw richtte het land het hoofd op. Toch zou men zijn onafhankelijkheid uiteindelijk moeten opgeven aan Turken en Perzen.
In de 19de eeuw kwam het Perzische deel van het land onder het bestuur van het Russische Rijk. Het andere gedeelte viel onder het Ottomaanse Turkije. Toch hadden de Armeniërs in dit Sultanrijk nog een relatieve zelfstandigheid en konden zij niet zelden hoge sociale posities innemen. Alles veranderde bij het begin van de twintigste eeuw. De Pan-Turkse gedachte zag in de Armeniërs een bedreiging. Het heeft geleid tot de verschrikkelijke genocide van 1915 waarbij zowat anderhalf (!) miljoen Armeniërs werden vermoord of gedeporteerd naar woestijngebieden in Irak en Syrië.
Na de Eerste Wereldoorlog maakte Armenië samen met Georgië en Azerbeidzjan deel uit van de Kaukasische Federatie. Het duurde niet lang. In 1920 werd de Democratische Republiek Arnenië veroverd door het Rode Leger en kwam het onder de knoet van de Sovjet-Unie. Aan deze situatie kwam een einde in 1990. Toen werd Armenië onafhankelijk. Toch was alles niet peis en vree sinds dan. Struikelblok was het door vele Armeniërs bewoonde Nagorno-Karabach - enclave en twistappel. Het conflict met Azerbeidzjan over dit gebied bracht grote spanningen mee die resulteerden in ernstige economische gevolgen. In de jaren negentig emigreerde een tiende van de bevolking...
Toen wij in 1995 in Mechelen aanbeland zijn, woonden hier slechts een viertal Armeense gezinnen. Nu telt onze stad zo'n 1500 inwoners met Armeense roots, waarvan een 300-tal nog zonder officiële papieren. Na de Vlamingen, Marokkanen, en Assyriërs/Chaldeeërs is dit de grootste bevolkingsgroep. Verhoudingsgewijs is dit de meest Armeense stad van ons land. De Armeniërs zijn Christenen.
Het is fijn praten met Vladimir. Hij heeft een grote kennis van de geschiedenis van zijn land. Hij vertelt er graag over. Onlangs hield hij nog een voordracht met boeiende expo in de Colomakerk. Op dit moment is zijn zijn echtgenote Lusine Muradyan- eveneens Mechelse met Armeense roots, er op vakantie met hun drie kinderen: een jongen en twee meisjes.
Mijn ouders waren bijna veertig jaar toen we in Mechelen kwamen wonen. In Jerevan hadden we een welstellend leven. Had ik daar moeten opgroeien had ik nooit de man geweest die ik nu was. Dan had ik misschien nooit bereikt wie ik nu geworden ben. Nu heb ik leren vechten. Mijn ouders waren hoog opgeleide mensen. Vader was bouwkundig ingenieur en moeder fysicus. We woonden eerst kort in de Locomotiefstraat en nadien in de Tenderstraat. Veel andere nationaliteiten woonden er toen nog niet in deze straat. Wel nog een Marokkaans gezin. Een school heb ik uiteindelijk gevonden: STIM/KTA. Een inhaalbeweging moest ik maken. Op 15-jarige leeftijd is mijn middelbaar gestart. Taal leren - secundair afwerken... Gelukkig leerde ik snel Nederlands. Weet je dat ik op 16-jarige leeftijd al Nederlands-Armeens tolkte op het ministerie in Brussel? Maar mijn ouders zagen het belang van verder studeren heel erg in. Ze hebben me sterk gestimuleerd. Voor mij was het toen verleidelijk om een beroepsrichting in te slaan. Ik spiegelde me aan anderen. Vader drong aan. Ook al vergde dit voor hen ook financiële inspanningen. Na economie/handel in de STIM ben ik voor mijn vijfde en zesde secundair overgestapt naar TSM waar ik industriële wetenschappen volgde. Nadien studeerde ik verder aan de Antwerpse Hogeschool voor industrieel ingenieur. Het was niet alles. In Lessius volgde ik twee jaar tolkenschool. Vader is trots op wat ik bereikte. Ik ben nu ingenieur, sales manager - heb twee zelfstandige zaken: een transportbedrijf en een bloemenzaak in de Keizerstraat 'Mijn boeketje', dat mijn vrouw runt.
Ook de zus van Vladimir heeft kunnen verder studeren. Zij mag zich nu juriste noemen. Zij heeft een Belgische vriend: Bart.
Mijn ouders hebben beslist zwarte sneeuw gezien. Mentaal, fysiek en financieel hebben ze zwaar geleden. Ze moesten alles achterlaten: familie, positie, beroep... Zij moesten wennen aan een andere taal,en cultuur. Maar we steunden mekaar. Onze ouders ons, wij hen. Dit maakt ons gezin zo sterk. We hebben een onverbreekbare band met mekaar. Mijn vader die me nu ook professioneel helpt, bel ik elke morgen. Hun heimwee naar Armenië is soms groot. Dat blijft. Maar hier wonen ze graag omdat hier hun kinderen en kleinkinderen wonen. Ze zien dat de toekomst hier ligt. Mijn kinderen gingen naar school in de Basisschool Sint-Jozef-Coloma en trekken binnenkort naar het Sint-Romboutscollege.
Ook Vladimirs ouders hebben het opnieuw moeten proberen waarmaken in het beroepsleven. Ook dat was niet eenvoudig. Pas rond 2000 kregen ze een arbeidsvergunning. Tot dan werkte moeder als vrijwilligster bij de vreemdelingendienst van Mechelen. In 1998 werd een Armeense zondagsschool opgericht in lokalen aan de Wollemarkt waar de kinderen geholpen werden bij huiswerk en waar men ook Armeense taal en cultuur bijbracht. Dit alles om de eigen identiteit niet te doen vergeten.
Nadat hij zijnarbeidsvergunning verkreeg vond vader na amper één week werk bij Procter and Gamble. Als 'wikkelaar' aan machines. Hij wou werken. Aan zijn toekomst bouwen. Moeder vond een job bij busbedrijf Van Hool, als technisch tekenaar (zij volgde hiervoor een extra opleiding). Vijf à zes jaar heeft ze daar gewerkt en ze is toen aan de slag gegaan bij Pauwels Traffo. Nu werkt ze in Boom als technisch tekenaar/ingenieur.
De Armeense gemeenschap valt haast niet op in Mechelen... Ook al zijn ze met zo'n 1500: je herkent ze niet meteen in het straatbeeld.
Dat is zo. Wij Armeniërs hebben de gave om ons snel aan te passen en we integreren ons gemakkelijk in een gemeenschap. In de beginfase toen we hier woonden zochten de Armeense gezinnen mekaar wel meer op. Maar dan moet je je integreren. Gemakkelijk is dit niet altijd, maar waar een wil is is een weg. We hadden een bijzonder goed contact met onze Belgische buren in de Tenderstraat: de familie Loots. Ze hiepen ons enorm. Mijn zusje zat met hun dochter samen in de school aan de Leuvensesteenweg, en hun zoon Andy is één van mijn beste vrienden geworden. Hij was nog getuige op mijn huwelijk!
Nooit was Vladimir van plan om een Armeense te huwen. Een Armeense vriendin had hij nooit. Tot...hij Lusine in 2000 ontmoette in het cyber-café dat hij geopend had in de Keizerstraat. Hij wist trouwens eerst niet dat ze Armeense was. Lusine was in Mechelen komen wonen in navolging van haar vader en broer. Twee jaar hebben ze verkering gehad. Toen zijn ze gehuwd.
Mijn twee grootmoeders - mijn grootvaders waren toen ook al overleden - hebben Armenië ook verlaten. Mijn vaders moeder woont nu in de buurt van Amsterdam. Daar was ze naartoe gegaan met haar echtgenoot die nu overleden is. Ze is nu 85 jaar. De moeder van mijn moeder woonde bij ons in. In de Keizerstraat waarnaar we verhuisden. In 2016 is ze overleden. Hoewel ze Orthodox-Christen was, ging ze regelmatig naar een viering in de nabijgelegen Sint-Petrus en Pauluskerk aan de Veemarkt. "Zolang ik maar met mijn God kan praten" zei ze dan. Het maakte haar niks uit.
Het brengt ons naadloos bij het thema religie. De Armeniërs behoren tot de 'Apostolische Kerk van Armenië'. In tegenstelling tot bijvoorbeeld de Chaldeeuwse Kerk staan zij niet onder het gezag van Rome, maar hebben ze hun eigen 'Paus'. De riten hebben gelijkenissen, maar er zijn ook veel verschillen. De priester staat met zijn rug naar de gelovigen en Kerstmis viert men op 6 januari... Dit om er maar een paar te noemen.
Heel graag zouden we met onze geloofsgemeenschap een Mechelse kerk in bruikleen krijgen waar we onze vieringen kunen houden. De Assyriërs-Chaldeeërs hebben twee kerken (Sint-Libertus aan de Nekkerspoelstraat en Sint-Katelijne) en de Russen gebruiken de Heilig-Hartkerk in de Adegemstraat. We zijn nu in onderhandeling met deken De Keersmaecker. Het is moeilijk maar niet onmogelijk. Als onze mensen een viering willen bijwonen moeten zijn naar Brussel. In de Kindermansstraat, een zijstraat van de Louisastraat is er een Armeense kerk. We zouden graag zien dat we dit in eigen stad kunnen. Zo'n kerk kan een ontmoetingscentrum zijn. We hebben nood aan een verbindingsaspect.
Armenië was dus het eerste land dat het Christendom als staatsgodsdienst aannam. Kerkelijke leiders als Blasius (reeds in de 3de eeuw) en Servatius die naar Tongeren en later Maastricht kwam, waren Armeniërs...(Blasius wordt trouwens nog vereerd in de OLV-kerk over-de-Dijle)
In Mechelen liep er zelfs ooit bij aanvang van de 11de eeuw een Armeense missionaris, de latere Sint-Makarius rond. Hij zou later nog in Gent sterven... Verder heb ik geen weet of er in vroegere eeuwen nog Armeniërs woonden in deze stad. Zelfs na de genocide van 1915 waren er - maar ik ben niet heel zeker - geen Armeniërs in Mechelen te bespeuren. In tegenstelling tot op andere plaatsen in ons land. Zo is bijvoorbeeld de Vlaamse actrice Barbara Sarafian uit Gent een afstammelinge van Armeniërs die toen naar ons land gevlucht zijn...
(In Mechelen is er ook nog een protestants-evangelische kerkgemeenschap die 'Huis van God' noemt. Ze houden hun vieringen in de Zandpoortkerk... Deze info kreeg ik van Willem Kolpa van de Protestantse gemeenschap in onze stad.)
De genocide van 1915 heeft het land zwaar getekend. Er hebben onnoemelijke en verschrikkelijke dingen plaatsgevonden...
Het begon allemaal op 24 april 1915. Het is een dag die we niet kunnen vergeten. Elk jaar wordt dit nog herdacht. Toen werden in Istanboel niet minder dan 400 vooraanstaande Armeense burgers zoals priesters, rechters, advocaten... gearresteerd en later vermoord. Je ziet verrassende parallellen met wat in nazi-Duitsland heeft geleid tot de holocaust. Armeniërs waren de zondebok geworden. We waren een doorn in het oog van Ottomaans Turkije. Men vreesde dat we onafhankelijk wilden worden. Het was het startschot van de genocide. Oorlog brak uit met Rusland. Jonge Armeense mannen werden opgeroepen om te vechten. Een list. Ze stierven aan het front of werden door de Turken brutaal geëlimineerd. Vrouwen en kinderen dienden massaal hun huizen te verlaten. Ze werden gedeporteerd naar Arabische woestijnen. Ze stierven onderweg aan grote ontberingen en geweld, gepleegd door Turken en Koerden. Anderhalf miljoen Armeniërs zijn toen omgekomen. Waarschijnlijk waren het er zelfs meer. Niet iedereen in de dorpen was toen immers geregistreerd in een bevolkingsregister. Elk Armeense familie heeft zijn verhalen. De ene al verschrikkelijker dan de andere. Zo waren de vader en moeder van één van mijn grootmoeders de enigen van hun twee grote families die nog overbleven. De rest was vermoord of omgekomen. Ik heb die verhalen als kind altijd horen vertellen. Ik heb geprobeerd mijn stamboom te maken. Het is niet gemakkelijk. Veel gegevens zijn vernietigd. De familie is verspreid. Beiroet, Griekenland.. De moeder van mijn vader kwam uit 'Oud-Armenië'. De vader van mijn vader uit het huidige Armenië. De Voskanians - nakomelingen van 'Voskan' - waren welstellend en waren ooit naar Georgië getrokken waar ze woonden in Tbilisi. Nadien keerden ze terug. Ooit wil ik over dit alles eens een boek schrijven...
Vladimir is een fiere Mechelaar. Zoveel is duidelijk. Goed geïntegreerd - een voorbeeld voor zijn gemeenschap. In deze stad telt hij vele vrienden, van welke achtergrond ook. Dat is altijd zo geweest.
Dat was is al in mijn jeugdjaren. Ik werd vaak als 'voorbeeld' gesteld. Ik studeerde hier en had altijd veel Vlaamse vrienden. Ik speelde DJ in een zaaltje in de Friends aan het station. Ik ging hier uit... Soms kreeg ik wel te maken met racisme, al trok ik me daar weinig van aan. Men 'keek me al eens buiten' op café... Maar ik probeerde daar met humor op te reageren. Wat me nog het meest trof is een uitspraak die ik nooit vergeten ben. Ik vond dit erg choquerend. Iemand vroeg me van waar ik kwam. Ik gaf hem ten antwoord: 'van de Leuvensteenweg'. Dat was duidelijk niet het antwoord dat hij wou. Ik zei dus: 'van Armenië'. 'Ha: dan ben jij wél ne goeie!' was de repliek.
In Mechelen is er een Armeense vereniging actief: 'ANI'. Ze heeft haar stek in de vroegere weverij in de Nijverheidstraat in de wijk Nekkerspoel. Daar huurt ze lokalen. Er is een feestzaal en een cafetaria. Er worden culturele activiteiten georganiseerd. Vooral ook naar kinderen wordt er gewerkt.
Op de Schuttersvest staat sinds 2015 een bijzonder monument.
Het is een Armeens Kruis, gemaakt uit Armeense rode steen. 100 jaar na de genocide is het er gekomen. 7000 Euro legde de vereniging ANI hiervoor neer. Het werd ondermeer ingehuldigd door Erik Enokia, de voorzitter van ANI en door burgemeester Bart Somers. Het is een erkenning voor de aanwezigheid van de Armeense gemeenschap in onze stad en een herdenkingsmonument voor al de slachtoffers van 1915.
Wat verder op de vest staat het aangrijpende beeld van de vluchtende moeder - herinnering aan 'onze' Eerste Wereldoorlog...
...het is een verhaal van alle tijden - van vele volken waar ook ter wereld.
Vanmorgen was ik in museum Kazerne Dossin waar men tweedehandsboeken verkocht, en waar ik graag eens ging tussen snuisteren. Wandgroot hangen daar de vele portretten van mensen die omkwamen in de vernietigingskampen. Vorige week had ik een ontmoeting met de Syrische vluchteling Bashim Akasha. Voordat ik op bezoek kwam bij Vladimir, mijmerde ik bij het Armeense Kruis en liep ik stil voorbij 'De Vlucht'... Vergeten mag dit alles nooit.
Herlezen doe ik binnenkort 'Het Huis met de leeuweriken' van de Armeense schrijfster Antonia Arslan. Ik las het enkele jaren geleden. Het vertelt de tragische geschiedenis van haar familie. Hartverscheurend en hoopvol tegelijk. In alles spreekt het schrijnende verlangen naar een verloren thuis.
Dit was het verleden.
Vandaag maakt Vladimir het waar. Misschien was hij nooit geworden wie hij was als hij in Jerevan gebleven was. Zijn familie heeft zwaar moeten knokken. Maar het resultaat was er naar. "Ooit schrijf ik een boek!" herhaalt Vladimir. Vandaag wil hij zich hier inzetten. Hier in deze stad waarvan hij houdt. Ook politiek engageert hij zich. Het is zijn hobby. De stad - dit Mechelen - deze samenleving - is maakbaar.
Ik neem een laatste slok van mijn glas Ararat. Straf goedje. Maar misschien is Vladimir nog wat straffer...