Op 1 oktober opent Colomakerk opnieuw de deuren...

met categorie:  

  (foto's: Jan Smets)

Op 1 oktober opent de Sint-Jozef Colomakerk opnieuw de deuren!  En dat mag beslist een memorabele gebeurtenis genoemd worden. Hierop heeft de parochie 17 jaar moeten wachten.  Dit had men nooit durven vermoeden op die Kerstnacht 1999 toen er de laatste viering doorging.  Het was een stormachtige nacht en het gebinte leek te kraken...Het werd het begin van een ware lijdensweg - een processie van Echternach...  Afbreken, toren laten staan, renoveren?  Het heeft een hele poos geduurd voordat de neuzen in dezelfde richting wezen.  Al die jaren heeft de parochiegemeenschap een voorlopige kerk gevonden in het aanpalende Kranske, geduldig wachtend. Maar nu is het zover! De kerk gaat opnieuw open.  In de eerste plaats blijft ze een liturgische ruimte, maar ze zal ook fungeren als ontmoetingsruimte voor de wijk. Socio-culturele activiteiten als tentoonstellingen, lezingen, vergaderingen: het zijn allemaal dingen die moeten mogelijk worden in de toekomst...  Er wordt deze dagen héél naarstig doorgewerkt door de aannemer.  En deze laatste dagen zal er nog veel moeten gebeuren.  Maar het komt wel in orde.  Daar is ook Herman Stevens, penningmeester van de Emmaüsparochie (waartoe Sint-Jozef-Coloma behoort) van overtuigd.  Vanavond werd nog door een aantal parochianen de stand van zaken bekeken en het draaiboek van 1 oktober overlopen...

 

 

Coloma of 'den Hanswijkenhoek' krijgt haar 'kathedraal' terug!

De kerk die ooit door provincie-architect Careels werd getekend en gebouwd na de Eerste Wereldoorlog (de werken lagen door deze oorlog stil nadat ze in 1914 waren opgestart), oogt imposant en ruim. 

Vooral de indrukwekkende verlichtingselementen vallen dadelijk in het oog.  Hier kan mooi sfeer mee gecreeërd worden.  Ook het geluid zal optimaal klinken in het nieuwe gebouw.

 

 

 

In de linkerbeuk heeft men moderne boxen gebouwd met ruimte voor berging, sanitair en vestiaire.  Aan de rechterbeuk werden grote schuiframen onder de glasramen geplaatst, die zicht en toegang geven op en tot de vroegere pastorietuin die ook onder handen werd genomen.  Vloerverwarming werd aangelegd.

 

 

De bescherming van de  neogotische kerk is er in 2008 gekomen, en hiervoor heeft wijkbewoonster, schepen voor Monumentenzorg Greet Geypen sterk geijverd.

In 2009 zijn de buitenrestauratiewerken opgestart.  De tweede fase volgde in 2015 toen ondermeer de glasramen werden aangepakt.

De kerk is nu gebruiksklaar.

Maar...de kerk is nog niet volledig gerestaureerd. De verdere binnenrestauratie zal worden uitgevoerd na toekenning van de restauratiepremie door de Vlaamse overheid.  Het zal nog minstens duren tot 2020 voor deze derde fase start. 

Mechelen investeerde drie miljoen euro in dit project.

 

 

 

Zondag 1 oktober wordt de kerk feestelijk geopend.

Om 11 uur is er een eucharistieviering. ( Wijkbewoner Marcel Sterckx bespeelt het orgel.)

Om 12u30 volgt een muzikaal intermezzo door de Koninklijke Harmonie Mechelen die trouwens haar roots heeft in de Colomawijk.

De plechtige inhuldiging vindt plaats om 12u30 met toespraken gevolgd door een receptie.

In de kerk zal voor de gelegenheid ook een mini-expo  te bewonderen vallen met vele foto's van de restauratiewerken én werk van Willy Van Eeckhout - één van onze bekendste en meest getalenteerde hedendaagse Mechelse kunstenaars.  Willy werd geboren in de Hanswijkenhoek...  Deze kleine tentoonstelling geeft een bescheiden voorsmaakje van de functies die deze kerk later zou kunnen krijgen.

 

 

 

 

 

De ontwerper van de Sint Jozef-Colomakerk was een begaafd architect die een indrukwekkend oeuvre heeft nagelaten. Indrukwekkend omwille van de veelheid aan gebouwen van zijn hand, maar ook indrukwekkend omwille van de kwaliteit en het vernieuwend karakter van zijn werk.

Eduard Careels werd op 3 februari 1857 in Lier geboren. Nadat hij aanvankelijk als leerjongen bij een schrijnwerker had gewerkt, behaalde hij tussen 1871 en 1876 verschillende prijzen aan de teken- en bouwkundige school van de Stad Lier.

Na jobs als klerk-tekenaar en als conducteur bij het Antwerpse provinciebestuur, werd hij op 18 juli 1899 tot provinciaal bouwmeester benoemd, een functie waarmee hij in de voetsporen trad van de architecten J. Schadde en L. Blomme. Careels had in 1879 de “1er prix d’Excellence” aan de ‘Académie Royale des Beaux Arts à Anvers’ behaald in de afdeling ‘Architecture Civile’).

Eduard Careels oefende zijn functie als provinciaal architect uit tot 1 januari 1929. Zijn zoon Gustaaf (Lier 13.02.1896 -Lier 19.09.1975) volgde hem op. Eduard Careels overleed op 22 oktober 1933.

Careels was een zeer getalenteerd architect. Zowel de Vlaamse neorenaissancestijl (1) als het eclectisme (2) -waar- in diverse elementen uit verschillende historische stijlen tot één homogeen geheel worden verwerkt- beheerste hij feilloos. Hij was ook niet bang om met nieuwe bouwmaterialen te experimenteren.

Careels was ook een meester in de neogotiek. Dat blijkt zeer duidelijk uit heel wat van zijn realisaties her en der op het grondgebied van de provincie Antwerpen. Zelfs wie enkel de indrukwekkende verwezenlijkingen in Onze-Lieve-Vrouw-Waver bekijkt, is onmiddellijk overtuigd van het kunnen van Eduard Careels. De man nam immers niet alleen de bouw van het complex met raadhuis, pastorie en kerk op zich, hij was ook verantwoordelijk voor de plannen van de kloosterkerk met gaanderijen en voor de toren van het normaalschoolgebouw. Bij de wederopbouw na de eerste wereldoorlog tekende hij ook voor het markante neogotische uitzicht van het volledige kloostercomplex der zusters Ursulinen.

Ook in de Art Nouveau voelde Careels zich thuis. Dit is af te leiden uit een merkwaardig complex waarin art nouveau-elementen met mozarabische invloeden vermengd zijn. Ook de zeer geslaagde wederopbouw van de nu befaamde wintertuin van de Waverse zusters Ursulinen getuigt van die gevoeligheid.

Eduard Careels heeft een gigantisch oeuvre nagelaten. Een exhaustieve lijst opmaken is haast onbegonnen werk. Bij het begin van zijn carrière liet de architect zich al snel in de vakpers opmerken met het in 1884 in Vlaamse neorenaissancestijl gebouwde ‘In ’t Valkennest’ aan de Rubenslei te Antwerpen. Helaas is dat pand eind jaren 1980 verdwenen. Deze realisatie werd vermeld en later ook afgebeeld in het gezaghebbende tijdschrift L’Emulation. Ook het geruchtmakende woningensemble met sgraffiti van Paul Cauchie in de Mechelsestraat 53-73 in Lier (1905) mag niet onvermeld blijven. Het geheel is sinds 1992 alsmonument beschermd. De verbouwde Villa Boël - nu Villa Castel Vera- uit 1907 vertoont dezelfde invloeden. In he Mechelse heb je ondermeer het rusthuis De Billemeont de Raedt ( Sint-Katelijne-Waver), de Onze-Lieve-Vrouwkerk in Bonheiden, het gemeentehuis, de school en pastorie in Rijmenam, de kerk Sint-Gerardus Majella met pastorie in Putte-Grasheide, de kerk Sint-Franciscus van Sales met pastorie in Duffel-Mijlstraat, de Sint-Jozefkerk Coloma in Mechelen,

Kortom, Eduard Careels was een grote meneer.

Bron: Mario Baeck: “Provinciaal bouwmeester Eduard Careels” in “Het neogotische geheel van Onze-Lieve-Vrouwkerk, raadhuis en pastorie te Onze-Lieve-Vrouw-Waver, O.-L.-V.-Waver”, Jozef van Rompay-Davidsfonds-Genootschap vzw, 2003, (Mededelingen XV), p. 63-67