(foto's: Jan Smets)
Naar eigen zeggen was hij er wat verrast over, maar vanaf gisteren mag aartsbisschop Jozef de Kesel zich kardinaal noemen. En dat is een eer die niet élke Mechelse aartsbisschop te beurt is gevallen. Zijn voorganger, André Léonard kreeg deze titel niet. De Kesel is de 22ste aartsbisschop in het rijtje dat wordt aangevoerd door kardinaal de Granvelle. We hebben ze in de vorige vier deeltjes van deze mini-serie allemaal ten tonele gevoerd. Van die 22 aartsbisschoppen werden er 11 door de paus tot kardinaal benoemd. Of: 'gecreërd' zoals men dat in Kerkelijke termen uitdrukt.
Met Hugo Smits, mijn 'persoonlijke gids' die me wegwijs maakt in de geschiedenis van onze kerkvorsten ga ik een laatste maal naar de Sint-Romboutskathedraal. Deze kerk herbergt de herinneringen aan deze prelaten. Door Hugo leerde ik hen beter kennen...
Maar laten we terug de draad opnemen. In 1906 sterft kardinaal Goossens. Een nieuwe aartsbisschop treedt uit de schaduw. De in 1851 in Eigenbrakel geboren Désiré-Joseph Mercier zal met de leuze 'apostel van Jezus Christus' naar Mechelen komen. En dat zal men hier geweten hebben...
(schilderij St.-Romboutscollege)
Mercier ligt als enige van de in de kerk begraven aartsbisschoppen niet in de crypte onder het hoofdaltaar. Zijn praalgraf vinden we in de vierde kapel in de linkerzijbeuk die toegewijd is aan OLV-van de Rozenkrans. Het is architect van Craen die de kapel in neogotische stijl verbouwde.
(het hoofd van Francis Dessain...)
Het bronzen beeld van de gestorven kardinaal is van de hand van de laatste priester die door hem werd gewijd: een Poolse kapucijn. Het graf zelf is ontworpen door Jos Devroe. De boog in de Mercier-kapel wordt links geschraagd door het hoofd van deze kapucijn - Efrem Maria, en rechts dat van kannunik Dessain.
(mozaïek op altaar in de grafkapel)
Zover zijn we nog niet. We starten bij het begin. In Eigenbrakel dus, waar de grootvader van Mercier burgemeester is en een leerlooierij uitbaat. De vader van Désiré-Joseph sterft jong en zijn moeder blijft achter met 7 kinderen.
Onder invloed van z'n moeder kiest Désiré ervoor om priester te worden, en volgt hij de plaatselijke pastoor die aangesteld wordt in de Mechelse O.LV-over-de-Dijleparochie. In onze stad studeert de jongeman aan het pas opgerichte Sint-Romboutscollege en gaat daarna naar het kleinseminarie en het grootseminarie. In 1874 wordt hij dan tot priester gewijd.
In Leuven studeert Mercier theologie, en zijn tijdgenoten noemen hem 'le Grand Sympathique'.
Eerst is Désiré leraar aan het Mechelse seminarie waarna hij benoemd wordt tot professor filosofie aan het kleinseminarie en is er geestelijke leider van de seminaristen. In 1882 benoemen de Belgische bisschoppen hem tot professor filosofie aan de KUL.
Tijdens het Congres van Mechelen in 1891 breekt Mercier een lans voor katholieken die ook wetenschappelijk onderlegd zijn en voor lessen in het Frans in plaats van het Latijn. Dat doet hij niet zonder slag of stoot. Hij moet hiervoor optornen tegen z'n conservatieve collega's.
Bij de dood van Goossens wordt Mercier tot aartsbisschop benoemd. Hij is van bij aanvang begaan met de vorming van de parochiepriesters en de hervorming van de liturgie. Eén jaar na zijn aanstelling wordt hij net als De Kesel nu, tot kardinaal gecreëerd.
(glasraam in de grafkapel van Mercier)
Donkere wolken verschijnen aan de hemel...
De Eerste Wereldoorlog breekt uit op 28 juli 1914, en zowel hij als burgemeester Dessain geven de Mechelaars de raad om te vluchten.
Op 1 september van dat jaar neemt Mercier deel aan het conclaaf voor de pausverkiezing. Binnen dat kiescollege zijn de meningen over de oorlog verdeeld. Mercier zou oproepen om tijdens het conclaaf het verder niet meer te hebben over de oorlog, waarop de Duitse kardinaal Hartmann opmerkte dat er evenmin over de vrede hoefde gesproken te worden.... Paus Benedictus XV treedt aan.
(affiche in aartsbisschoppelijk archief in de Merodestraat)
Kardinaal Mercier wordt in die tijd heel erg bewonderd voor zijn moedige houding tegenover Duitsland. De woorden van zijn vlammende herderlijke brief 'Vaderlandsliefde en standvastige lijdzaamheid' vallen niet in dovemansoren. De Duitse bezetter durft weinig beginnen tegen de karaktersterke kardinaal.
In 1919 als de oorlog voorbij is brengt de kardinaal een triomfantelijk bezoek aan de VS en krijgt hij het voor mekaar dat dat land de wederopbouw van België financieel ondersteunt.
(bronzen platen van Mercier en koning Albert I aan de buitenmuur van de kathedraal)
In eigen land wordt hij evenwel door een flink stuk van de bevolking 'Vlamingenhater' genoemd omdat hij geen boodschap heeft aan de grieven van Vlaamse activisten. Toch wordt de vernederlandsing van het onderwijs gestaag ingezet. Al gebeurt dat niet overal van harte.
Mercier heeft de oecumenische gedachte een flinke steun in de rug gegeven. In de jaren 1921, 1923, 1925 en 1926 hebben in onze stad onder zijn leiding de 'Mechelse Gesprekken' plaats: toenaderingspogingen tussen katholieken en anglicanen. In de grafkapel herinnert hieraan nog een gedenkplaat.
(glasraam in kathedraal. Mercier met koning Albert I en koningin Elisabeth...)
In 1922 neemt hij weerom deel aan een Rooms conclaaf waarop Pius XI wordt verkozen. Het jaar daarop zorgt hij ervoor dat zijn voorganger Dechamps wordt bijgezet in de crypte in de kathedraal.
Twee jaar later viert hij zijn 50-jarig priesterjubileum en in dat jaar slaagt hij erin om ook de stoffelijke resten van kardinaal de Franckenberg naar Mechelen te brengen
('dood van een kardinaal' door de Mechelse kunstschilder Prosper de Troyer, grootvader van Mark Uytterhoeven...)
Op 23 januari 1926 overlijdt de 16de aartsbisschop na een heelkundige ingreep. Hij krijgt een nationale uitvaart in de Brusselse Sint-Goedele en de volgende dag is er een plechtigheid in Mechelen...
Op 24 oktober 2010 wordt de eeuwige rust van de kardinaal verstoord door speurders van het Brussels parket die in het kader van Operatie Kelk tot in zijn graf op zoek gaan naar dossiers over seksueel misbruik. Men gaat niet zo zachthandig om met het grafmonument. Maar...er wordt niks gevonden...
(portretten van de kardinalen Mercier en Van Roey in het aartsbisschoppelijk paleis aan de Wollemarkt...)
'Gezegend hij die komt in de naam van de Heer...'
Zo treedt de 17de aartsbisschop aan in 1926. Jozef Ernest Van Roey - in 1874 geboren in Vorselaar...
35 jaar lang zal hij op de Mechelse bisschopstoel zitten tot hij in 1961 sterft op 87-jarige leeftijd.
Jozef Ernest gaat naar school in Herentals en er wordt van hem gezegd dat hij verstandig maar introvert is. In Mechelen zet de Kempenzoon zijn studies voort en op 18 september draagt hij in zijn eerste mis op in zijn geboortedorp.
In Leuven doctoreert Van Roey in de theologie. Het is kardinaal Mercier die als hij aartsbisschop wordt de briljante Jozef naar Mechelen haalt om hem te benoemen tot vicaris-generaal. Deze taak vervult hij zo'n 20 jaar.
Zo zal hij ook deelnemen aan de Mechelse Gesprekken. Pittig detail: later zal blijken dat Van Roey en de Engelse kardinaal Bourne koele minnaars waren van deze toenaderingspogingen tussen katholieken en anglicanen. De Mechelse Gesprekken zullen een stille dood sterven.
Als in 1926 Mercier overlijdt is Van Roey zijn opvolger. Een jaar later wordt hij kardinaal. In de functie van kardinaal toont hij zich autoritair. Met grootschalige massa-evenementen denkt hij het grote publiek te moeten werven. Zo vinden in de jaren dertig drie Katholieke congressen plaats.
(detail van grote glasraam in zijbeuk...)
In 1930 wijdt de kardinaal het bronzen beeld 'Christus Koning' in de schaduw van de kathedraal.
Na de turbulente periode van de tweede schoolstrijd wordt in 1957 nog eens teruggegrepen naar een massa-evenement om op een triomfalistische wijze de positie van het vrij onderwijs te demonstreren: het zogenaamde 'Feest der 10 000' op het speelveld van KV-Mechelen.
In 1936 is Van Roey samen met koning Leopold III in Antwerpen als het lichaam van pater Damiaan met het schoolschip Mercator naar zijn vaderland wordt overgebracht.
Vanuit zijn Kerkvisie ondersteunt Van Roey het ruime net aan organisaties van de Katholieke zuil. Op politiek vlak durft hij regelmatig tussenkomen. Léon Degrelle wordt scherp veroordeeld, maar Leopold III mag op zijn onvoorwaardelijke steun rekenen...
(portret in aartsbisschoppelijk paleis)
Ook zal Ernest van Roey blijvend herinnerd worden als onverdroten bouwheer. Talrijke parochiekerken worden tijdens zijn ambtsperiode gebouwd (denk aan de Gummaruskerk aan de Kerkhoflei en de kerk van het Heilige Kruis) en ook het Sint-Jozefseminarie (nu Borgerstein) wordt opgetrokken. In 1951 wijdt de kardinaal de basiliek van Koekelberg in.
(schilderij in voormalig Grootseminarie in de Merodestraat...)
Daarnaast heeft Van Roey ook aandacht voor de Kerk elders in de wereld...
De hoogbejaarde kardinaal gaat in 1958 nog naar Rome waar hij deelneemt aan het conclaaf dat Johannes XXIII, de 'lachende paus' op de troon van Petrus brengt...
Op 10 augustus 1961 sterft de oude kardinaal... Hij wordt in de crypte bijgezet...
Interessant ! Paar kleine rechtzettingen en aanvullingen.
1. Lodewijk VX in aflevering 3 ? Frankrijk heeft nooit een Lodewijk 45 gehad (XXXXV). Bedoeld is Lodewijk 15. (aflevering 3)
2. Oostenrijkse keizer Leopold II (aflevering 4). Oostenrijk had tot 1804 geen keizer. Zoals bij Karel VI en Jozef II was Leopolds hoogste eigen titel : koning van Hongarije en koning van Bohemen, aartshertog van Oostenrijk en was hij ook hertog van Brabant, graaf van Vlaanderen enz. . Wel werd hij zoals zijn voorgangers verkozen tot keizer van het Heilige Roomse rijk der Duitse natie. Maria-Theresia was alleen keizerin omdat zij de echtgenote was van keizer Frans I. Als vrouw kon zij niet verkozen worden maar ze was wel op eigen titel koningin van Hongarije enz. enz. en zij en niet Frans bestuurde haar vele landen. Ze was heel boos dat de keurvorsten aanvankelijk een Beier als keizer kozen ipv Frans. Die "Duitse" keizer (Frans 2, ook laatste Heer van Mechelen) aanvaardde in 1804 zijn degradatie tot keizer van Oostenrijk.
3. Mercier (aflevering 5) werd niet als Vlamingenhater bestempeld wegens een conflict met een marginale groep als de Vlaamse activisten tijdens de oorlog maar omdat hij in 1906 tezamen met de andere bisschoppen de beruchte Instructions uitvaardigde waarin het Nederlands niet geschikt werd geacht voor het universitair onderwijs. Op het einde van zijn leven ging hij akoord met een katholieke Nederlandstalige univ....in Antwerpen. Van Roey begon dan toch met de vernederlandsing van Leuven uit schrik voor de concurrentie met Gent. Het standpunt van Mercier wijkt niet zoveel af van dat van idioten als Pauwels van de VUB die tegenwoordig vinden dat Vlamingen die in Vlaanderen leven en werken aan Vlaamse universiteiten vooral in steenkolen-Engels moeten studeren.
4. Van Roey organiseerde een massamanifestatie "na de turbulente periode van de schoolstrijd in 1957". (aflevering 5). Neen, hij organiseerde o.a. het feest van de 10.000 (op KV Mechelen) tijdens de schoolstrijd want die eindige eerst einde 1958.
5. Uiteraard steunde Van Roey Leopold III en niet II (aflevering 5) tijdens de koningskwestie. De kardinaal overtrad bewust de wet toen hij de koning en zijn Oostendse minnares trouwde vooraleer zij burgerlijk gehuwd waren. Het koppel kwam dan ook zijn stoffelijk overschot groeten. Ook alle Mechelaars waren welkom om hem te groeten (mijn vader nam me mee).
6.En ik vind dat er toch een woordje mag gezegd worden over mei 1966 toen Suenens in Sint-Rombouts door een troep studenten werd uitgescholden en weggezongen waarbij het orgel probeerde de studenten te overstemmen en er hysterische reacties waren van afkeer of steun bij de aanwezigen in de mis.
Uiteraard Lodewijk 15... Stomme fout. Ik corrigeer het.
Bedankt voor de reactie.