Fonteinstraatje

met categorie:  

Even een tussendoortje: waar in hemelsnaam ( sic ) is het STRONTSTRAATJE ( binnen de vesten )???

Zoals gebruikelijk: alleen uw antwoorden sturen naar lucpuntcroonenapenkroltelenetpuntbe.

Graag uw antwooorden verpakken in een klein plastieken zakje :-)

 

Luc,  waar is de foto?

Roger, ik vrees dat er zelfs geen foto van bestaat. Desalniettemin bestond de straat ergens in de jaren achttienhonderd en zoveel.

waren er dan ook strontstraatjes buiten de vesten?

Zegt me niks.  Ik hoorde al wel eens van een 'pis-alleeke'  ;-)  Maar da's dus nét iets anders...

 

Geen foto, dus.  Maar Luc heeft wel een oude tekening.  Nietwaar ?

;-)

@Jokke: er was een ambacht van strontrapers die hun marchandise naar de beerputtenschool vervoerden vóór dat die school bestond, maar dat is alles wat ik weet.

@Gim: geen tekening maar wel een stadsplan

Oei.  Dat wordt niet simpel.

:-)

Omdat de Gim het zo schoon gevraagd heeft: hier komt het prentje:

De poort heb ik al, nu nog een straat vinden.

 

Na effe googlen lijken er wel meer strontstraatjes geweest te zijn in andere steden.  Dit was zeker geen officiële naam maar een titel voor een steegje waar men geregeld ging wildplassen wildk*kken.

Gebeurde dat laatst niet in het Standonckstraatje tijdens Maanrock ?

;-)

Nee Gim , dat was pinkelen wat ze deden.

@ Gim: mocht je denken dat je alles kon goegelen dan ben je verkeerd

@ Antoine: daarstraks op het archief vertelde ik je al dat in de verzameling Berlemont niks te vinden was, waar ik al content mee was, maar net als jij zouden meer mensen moeten zoeken in ons stadsarchief: het is een berg vol schatten aan gegevens allerhande! tot volgende week.

@ Jokke: toevallig kwam ik vandaag op het archief een document tegen van ongeveer 1800 waarin sprake was van het beroep van ' mestrapers '. Zet je bril op scherp en lees onderstaande tekst:

 

@ allemaal: het straatje bestaat nog altijd maar heeft, begrijpelijk, een andere naam gekregen.

Luc, ik heb Stan de Molleman  nog gekend op de Nekkerspoel!

(en ik heb nog met een klak van de Stront Rapers Club rondgelopen, zoals velen die op de Veemarkt onderwezen werden!)

@ Luc : Als ik mijn pensioen haal, dan duik ook ik in het stadsarchief.

:-)

Luc, tot mijn grote scha en schande moet ik de handdoek in de ring werpen want van dat straatje heb ik nog nooit gehoord.

Vermoedelijk moet het een steegje geweest zijn waar het Ruimerke-Avant-La-Lettre zijne "marchandise" liet uitdrogen alvorens het te vervoeren naar Nekkerspoel of de velden en weien van Katelijne City.

Qua doodlopende steegje zou ik bijv. aan de Guldenmouwstraat of zo denken.

Duizenden toeristen zijn door dat straatje gewandeld zonder ooit gekeken te hebben of er wat aan hun schoenen bleef plakken.

@ Luc : 

Dat zal eerder in het Langenasemstraatje geweest zijn.

;-)

Haha...... ik geloof dat ik het gevonden heb....

Het zit in je mailbox Luc.

Ik zit nog altijd in twijfel aangaande een mogelijk steegje :

-Hoogstraatje (niet Hoogstraat) :

Daar kan je aalt laten drogen en zo via het water afvoeren, maar daar lopen geen toeristen door.

-Lekkernijstraatje :

Mogelijk.

BTW : Ook ik heb wat opgestuurd naar Luc, maar none-of-the-above.

Roger Kokken is als eerste over de eindmeet gespurt met het juiste antwoord.

Bravo!!  zo'n goeie kwisser(s) zien we binnenkort toch ook op onze Mechelen-quiz?   ;-)

Zonet een berichtje gekregen van Luc : Het is niet de Bellepoort.

We zoeken verder.

:-)

Nog een ander tipje van de sluier want het straatje had nog een andere naam:

Echt aangenaam zal het er niet geweest zijn.

Paul Temmerman is als tweede aangekomen.

Somehuman heeft vannacht ook het licht gezien.


   "Das Posamentirermensch hat zwar kan Geld, aber a stinkade Hoffart."
   Iets als: De uithangbordschilderende mens heeft wel geen geld, maar een stinkende hoogmoed.

Uit 'Idioticon Austriacum, das ist: Mundart der Oesterreicher, oder Kern ächt österreichischer Phrasen und Redensarten, von A bis Z.'
[Dat is: Dialect van de Oostenrijkers, of kernachtige Oostenrijkse frasen en zinsspelingen/spreekwoorden]
(Uitgave 1824 - zonder advertentieblokjes, denk ik)

Zou die naam Stinkade uit de tijd van de Oostenrijkers stammen?
Dan kan een Franstalige (nieuwe) naam voor het straatje naar een toen naburig huis, al uit de periode rond 1800 dateren, misschien ook Lucs tekstje.
Bij ons zal tegen 1824 geen vreemde maar de Mechelse naam onder de Hollanders al officieel het Stront Straatje geworden zijn. Met de verfranste bourgeoisie na 1830 kan de propere geurloze naam opnieuw (of voor het eerst) in voege geraakt zijn en uiteindelijk ook in het Nederlands gespeld.

Nog een laatste tip: onze straat in kwestie wordt nog steeds geflankeerd door twee evenwijdige straten, eentje links en eentje rechts. In het begin van de 19e eeuw droegen die respectievelijk de naam van ' De Mechel straat ' en ' De Nieuwe straat ' .

Die toen nieuwe straat ligt me nu ook dwars: Veel draagt die tip niet bij.

Ik denk dat de maker van de plannen bij het opschrijven van de straatnamen  serieus aan de fles heeft gezeten of anders eens rijkelijk zijn fantasie heeft laten werken.  Er wordt een beetje verder een "Langestraat" vermeld alhoewel die straat op het plan van Blaeu van 2 eeuwen eerder reeds dezelfde naam had als die ze vandaag nog altijd heeft. Op een plan van de nevenliggende wijk heet diezelfde straat om een onverklaarbare reden dan weer "Antwerpsche straat"???  Ook van de "Nieuwe straat" heb ik nergens een spoor gevonden. De enige straatnaam die nog wat herkenbaar is, is de Mechel straat.

Een straat kan wel eens haar oude naam terugkrijgen. Ik denk zelfs dat er een bestaat, die twee benamingen had en daarna opnieuw achtereenvolgens die eerdere twee kreeg. Vandaag krijgen veel oude gebouwen hun historische naam terug, hoewel iedereen die soms eeuwenlang anders had genoemd. Die 'Nieuwe Straat' was misschien nog zo nieuw, dat er nog geen naam aan gegeven was. Ofwel bleef men erg lang in dispuut over de naamkeuze en wou de plantekenaar daar niet tussen komen. Of hij zoop zich inderdaad bij de prospectie ziek in elke te kadastreren brouwerij: Altijd wel aan een straathoek in de buurt te vinden.

De Nieuwstraat en Mechelstraat is terug te vinden in huizendatabank van de ware vrienden.  http://www.dewarevrienden.net/DWV/

Op het plan Blaeu van 1649 is de Nieustraat het huidige Reuzenstraatje.

Idd Antoine, blijkbaar was Nieu(w)straat  een populaire naam :-)  maar "onze" Nieuwstraat is niet het huidige Reuzenstraatje en zelfs niet in de buurt ervan.

Mijn antwoord is onderweg.

Tony Schaerlaeken en Jos Nys vervoegen de kopgroep. Straks komt het juiste antwoord!

Fonteinstraatje in het begijnhof was het juiste antwoord.

Om uw weg terug te vinden op dit kadasterplan van 1824 moet ge weten dat de Nonnenstraat hier  

de Langestraat heet, de Nieuwe Straat is nu de Hoviusstraat, het Strontstraatje is nu de Fonteinstraat en de Mechel Straat heet vandaag de Vrouw van Mechelenstraat.

De Vrouw van Mechelenstraat liep in 1800 (kadasterkaart van Hunin) nog dood op een parkje bij de Stinker. Zo heette het gegraven traject om de Heergracht van aan de Nonnenstraat binnen de vest te houden, naar de samenvloeiing van Dijle en Oude Melaan. Oorspronkelijk had de Heergracht aan de Nonnenpoort de stad uit gelopen tot een 120-tal meter van de Winketpoort in de Dijle. Die Stinker staat los van de Stinkade (= Stinkende, Stinkerd): Dat straatje kwam niet tot bij die vliet en er was geen ander vlietje.

Bij de hoek Hoviusstraat - Krankenstraat werd al bier gebrouwen, maar nog niet door Den Anker. Van Breedam nam de oude brouwerij pas in 1872 over. Als een landmeter vermoed voor het door Luc getoonde plan (hier in detail) van "ca 1824", Joannes Baptista Royer, dronk... zoop die Luxemburger zich misschien bij de Krankenstraat doodziek: Hij overleed op 31 juli 1824.

Opmerkelijk zijn de straatnamen op het overzicht van de deelplannen uit 1824: Voor de sectie A/2 staat erbij geschreven 'oud plan', met de 'Hovius Straat' en 'Vrouw van Mechelen Straat' (maar het Fonteinstraatje of ruelle de la Fontaine of Stront Straatje of Stinkade blijft er zonder naam). De kaart van Luc is die sectie. Was ze toch reeds een nieuw plan voor nieuwe of heraangelegde straten? Of betekent die vermelding dat dít detailplan een oud plan is, met namen van lang vóór 1824? De stijl is wel als de andere secties uit 1824 maar misschien tekende men een ouder kadasterplan gewoon over. Dat zou 'Nieuwe Straat' verklaren, want de huizen daar dateren al uit de 17de eeuw. Onroerend Erfgoed bij 'Hoviusstraat': "Typisch straatbeeld met behouden begijnenwoningen, gelijktijdig gebouwd in de 17de eeuw na de inrichting van het begijnhof". De naam 'Stront Straatje' zou dan in de 17de i.p.v. in de 19de eeuw kunnen bestaan hebben.

Het Fonteinstraatje maakt een rechte hoek, zodat een steegje in de Hoviusstraat uitkomt. Op plannen voor en na 1824 is dat zo. Het plan sectie A/2 is het enige dat ik ken, waarop een muur schijnt gebouwd of gepland te zijn om het 'Stront Straatje' van de kortere steeg af te sluiten. Bestond die muur al vroeg en was het plan een overtekening van het oudste voldoende gedetailleerde om dat fijne gegeven te tonen?

Meer vragen dan antwoorden...

Bestaat een ouder plan met intra muros benoemde zijstraatjes en steegjes?

Luc, waaruit en uit welk jaar kwam dat Frans proza van 27/03/2015 - 18:34?

@Mon: hier is je antwoord:

Het meest waarschijnlijk, me dunkt, waren 'Stront Straatje' enz. 17de-eeuwse namen. In de loop van de Oostenrijkse tijd (1715-1795) werd het dan iets minder plastisch 'Stinkade'. Daardoor was in 1851 de naam 'Stront Straatje' vergeten, maar 'Stinkade' nog wel als vroegere naam gekend. Dan was rond 1824 voor die sectie een 17de- of (van vóór Stinkade) 18de-eeuws plan met namen en al overgetekend. Een nog voldoende geschikt plan kan gemaakt zijn door de ontwikkeling van het Begijnhof, dat door die bijzondere aard daarna onveranderd bleef. En dat zei men aan de landmeter.

Voor andere stadsdelen zal ofwel geen goed plan gemaakt geweest zijn, of de bebouwing was er te sterk gewijzigd om het nog te kunnen gebruiken. Waarom zou anders alleen die sectie als 'oud plan' aangeduid zijn? Het lijkt raar dat op een overtekening niet de dán geldende namen zouden gezet zijn. Maar de landmeter hoefde die wijk niet af te wandelen en als Luxemburger kende hij de juiste namen niet en vermoedde niet dat ze al gewijzigd waren.