(foto's: Jan Smets)
Ik sta met Marcel Kocken in de vlietenkelder. Marcel die zowat het levende archief is van deze stad, heeft nog sterke herinneringen aan deze nu voor het publiek geopende overwelfde vliet. In de beide wereldoorlogen was het de schuilplaats voor heel wat Mechelaars die hier bescherming zochten tegen de bommenregen. "Mijn leven kan ik opdelen voor en na de bombardementen. De oorlogsjaren staan op mijn netvlies gebrand. De gruwel, de angst, de slachtoffers... Maar gek genoeg associeer ik deze kelder niet met deze zwarte bladzijden. Als negenjarige snotaap heb ik hier vaak gespeeld..."
Ik heb Marcel al vaak horen vertellen over de oorlog die bij hem diepe indrukken heeft achtergelaten. Ook vandaag vertelt hij erover. Traag, bedachtzaam, maar met grote zin voor detail... De historicus in hem schetst een angstig realistisch verslag van deze voor Mechelen zo donkere periode.
Hij vertelt van de bakkersvrouw op de Leuvensesteenweg die men na een bombardement pas 's anderdaags vond in de dakgoot... Een pijnlijk bloedstollend verhaal. Hij vertelt van de bom die de familie Van Meerbeeck trof: allemaal kwamen ze om. Kleine Marcel lag met roodvonk te bed - amper een boogscheut verder... Marcel vertelt van de euforie van de bevrijding, en hoe hij door hemzelf verknipte tricolore stukjes stof uitdeelde aan de soldaten..., en van de plunderingen in het fabriek in Battel, en hoe zijn vader en nonkel blikken schweinenfleisch konden bemachtigen..., én die ruilden met schnaps. Hij zag zijn vader nooit dronken: maar toen... Maar hij zag ook dingen die kinderogen beter niet zagen - de keerzijde van de bevrijding. "Maar desondanks is er in Mechelen nooit een groter feest geweest..."
Mijmeringen in de vlietenkelder. Marcel was er sinds '44 niet meer in geweest. Hier hebben mensen hun toevlucht gezocht, net zoals in de crypte van Hanswijk. Angst, onzekerheid...
Voor Marcel was het zijn speelterrein. Hij was een kind. "Maar in mijn herinneringen was de kelder niet zo groot... Het is dan ook zo lang geleden..."
Ik luister ademloos als hij vertelt.
Het verhaal van de oorlog zal hier verteld worden. Hier, in het toekomstig museum. Want als de tentoonstelling 'Ingewikkeld' van de textielafdeling van de Mechelse academien, die nu nog loopt tot en met 1 juli, is afgelopen, starten de werken die de kelder tot museum moeten maken. Op 16 september opent dit nieuwe museum haar deuren.
Bart Somers noemt de ruimte een tikkeltje lyrisch: 'sacraal'. En hij is er als burgemeester niet weinig trots op dat het één van de drie musea is die dit jaar zullen geopend worden. Want naast deze unieke historische 'kelder', gaat ook het nieuwe Busleyden open. En: Kazerne Dossin in de Stassartstraat. Hij kan zijn trots hierover maar moeilijk verbergen. "De kelder is erg belangrijk in de geschiedenis van deze stad die zich ontwikkelde op het kruispunt van (water)wegen. Aan de sinds de 16de eeuw overwelfde vliet was ook de eerste vismarkt gevestigd... Het is een unieke laatmiddeleeuwse kelder."
"Nu is de vlietenkelder nog een beetje een werf. Maar voor deze tentoonstelling (met werken die hij graag catalogeert onder kunst met een grote K) leent zich deze ruimte uitstekend. Er is wel heel wat werk in gekropen. De werkzaamheden hebben zo lang aangsleept omdat de riolering aan vervanging toe was. Ook het droog krijgen van de kelder was moeilijk. En dit volgen we nu nog permanent op. Ik wil de handelaars bedanken voor het geduld dat ze uitgeoefend hebben. Maar ook spreek ik mijn waardering uit voor de mensen die al dit werk hebben verricht!"
(Jeanine De Raymaecker, Greet Geypen en Bart Somers...)
Schepen Greet Geypen voor wie deze kelder zowat haar geesteskindje is, legt uit dat het museum drie deelthema's zal behandelen. "In het eerste gedeelte willen we de geschiedenis van de stad en haar band met het water audiovisueel voorstellen. In het tweede deel wordt de ooit op Nekkerspoel gevonden préhistorische prauw tentoongesteld. Dit is de oudste boot in Europa gevonden. De prauw die lang in Brussel bewaard werd, is nu terug in Mechelen! In het derde compartiment van deze kelder willen we de schuilkelders van de oorlogsjaren evoceren. En dat zal beslist herinneringen oproepen bij de oudere Mechelaars..."
Ik zie Marcel Kocken knikken, die blij is dat op deze manier dit stukje Mechelse geschiedenis zal bewaard worden.
Ondertussen is de kelder met enig feestgedruis geopend. Met een hapje en een drankje en de aanstekelijke klanken van een trommelkorps als sfeerbrengers, konden de vele genodigden de kelder al eens bekijken.
De kunstenaressen van de textielklas van Jeanine De Raymaecker die erg veel werk gestoken hebben in het opzetten van deze tentoonstelling én de 'inwikkeling' van de ijzeren leuningen kunnen alleen maar tevreden zijn met zoveel belangstelling voor hun openinsexpo. De creatieve dames hebben in hun werken de drie thema's van het toekomstige museum proberen te vatten: 'water', 'verwering' en 'oorlog'....
Ik blijf nog een tijdje praten met Marcel. En ook Bart Somers doet dat. Want naar Marcel luisteren is steeds een voorrecht voor al wie geboeid is in de geschiedenis van deze stad. En daar kan misschien géén enkel museum tegen op...
Nu 2014 er met rasse schreden aan komt (100 jaar na Wereldoorlog I) zou deze vlietenkelder misschien opgesmukt kunnen worden met een klein replica van dit "IJzerenleengebouw".
Gesneuveld in "den grooten oorlog" en op een steenworp van de vlietenkelder.
In plaats van Vlietenkelder zou men best de benaming kunnen wijzigen Bijvoorbeeld:
"In't lieg plafon".
t' Is maar een voorstel;-).
Hopelijk komen nu ook al die mooie oude vlietenkaarten boven water...
Harrewijn - 1720