Koninklijke Kring voor Oudheidkunde, Letteren en Kunst van Mechelen 125 jaar!

                        

(foto's: Jan Smets)

'Alles gaat voorbij, behalve het verleden...'

Er zijn zo van die eerbiedwaardige verenigingen in onze stad waarvan we de naam met een zeker ontzag en respect uitspreken.  En als zo'n 'Instituut' dan ook nog eens de méér dan respectabele leeftijd van 125 jaar bereikt, dan is het zowat een ongeschreven wet dat die in één van de schoonste locaties van onze stad hun feestje mag houden....  Deze avond mocht de Koninkljke Kring voor Oudheidkunde, Letteren en Kunst de verjaardagskroon opzetten, in het kader van de raadszaal van ons stadhuis.

(burgemeester Somers, schepen Nobels en voorzitter Herwig De Lannoy)

Om 19 uur start het feestprogramma - even later omdat onze burgervader nog vastzit in Brussel.  Zelfs een regering van lopende zaken kan 'uitlopen'...

Herwig De Lannoy heet de genodigden welkom.  De Lannoy is voorzitter van de Kring, dus: hij mag de kers op de taart zetten.

  

(het geschenk van de stad aan de Kring)

Zoals ik reeds schreef hierboven: het is een hele prestatie om 125 jaar te mogen vieren.  Met een knipoog verwijst Bart Somers hier nog naar in zijn slotwoordje later op de avond: 'zeker in Mechelen - Als er 2 Mechelaars zijn, dan zijn er 3 verenigingen...  't Is niet zo evident om het in onze stad lang uit te zingen...'.  Maar de Oudheidkundige Kring heeft het dan toch maar gedaan (nét zoals de Mechelse Lucasgilde die dit jaar ook 125 kaarsjes mag uitblazen...).

Het Alesia String Quartet zorgt voor de nodige gesmaakte muzikale intermezzo's tussen de woordjes van de sprekers.  In stijl.  Zo hoort dat.

Secretaris van de vereniging, François Van der Jeught geeft hierna een historisch overzicht van de Koninklijke Kring.

(we herkennen ondermeer stadsgidsen Vekemans en De Mets)

 

In het Mechelen van het jaar 1885 zijn drie jongemannen los van mekaar bezig met een verzameling oude boeken en snuisterijen die betrekking hebben op onze stad, te verzamelen.  Het zijn de spoorwegbeambte Leopold Van den Bergh , boekhandelaar Cordemans Henry en kandidaat-notaris Constant Vervloet.  Hun terrein was beperkt.  Buiten enkele antiquairs bezochten zij ook de wekelijkse voddenmarkt.  Ze raakten met elkaar bevriend en ze ontmoetten elkaar op vrijdagavonden in herberg Le Globe op de Botermarkt, waar ze hun nieuwste ontdekkingen bespraken.  En bij die gesprekken groeide de gedachte op een vereniging te stichten die de Mechelaars meer belangstelling moest bijbrengen voor hun eigen - roemvolle - geschiedenis, en wat het betekende om 'een echte maeneblusscher' te zijn.  Ze gingen op bezoek bij de bekendste Mechelse oudheidkundigen en verzamelaars, maar die sloten zich niet aan bij het enthousiasme van het drietal.  Ze lieten zich echter niet ontmoedigen en zochten steun bij leeftijdsgenoten en gelijkgestemden.  Met twaalf waren ze toen zij op 24 maart 1886 in Le Globe de Kring stichtten onder de naam 'Kunstminnende Kring' en de zinspreuk 'Van dit tot Beter'. 

 

Hun namen waren naast de reeds vernoemde pioniers ook de broers architect Alexander en decoratieschilder en academieleraar Jan-Willem Aerts, Louis Cabuy, technisch tekenaar en adamieleraar Hyacinthe Coninckx, de architecten Joseph Huyghebaert en Philippe van Boxmeer en tenslotte Emile en François van der Auwera en Charles van Haesendonck.

Dat was het prille begin...

              

(Paul Delbaere, adjunct-secretaris Jan Meutermans en Marie-Louise Grouwet)

 

(we herkennen beiaardier Jo Haazen en Jan Somers...)

Enkele maanden later werd de benaming gewijzigd in 'Oudheid-,Letter-en Kunstkring van Mechelen', wat spoedig werd verfranst tot Cercle Archéolgique et Artistique de Malines.  Die Franse benaming zou lange tijd gangbaar blijven, wat niet verwonderlijk is gezien de tijdsgeest en het burgerlijk karakter van het genootschap...

Om de drie weken werd er vergaderd, en in april 1887 werd de eerste voordracht georganiseerd.  Vanaf de jaren 1890 groeide de Kring snel en het ledenaantal steeg.  Meer leden bezochten nu ook het stadsarchief voor wetenschappelijk onderzoek.

Vanaf 1902 werden voor het eerst lichtbeelden geprojecteerd.  De Kring organiseerde ook excursies, maar vooral de historische gebouwen van onze stad werden bezocht.  In 1897 werd voor het eerst het jaarlijkse congres van de Federatie der Oudheidkundige Kringen van België georganiseerd (door 'onze' Kring!).   Dit had plaats in het Gerechtshof.

De leden vonden voor hun vergaderingen een onderkomen in een zaaltje in het Hof van Busleyden.  En er werd ook veel gepubliceerd.  De Kring bleef zich bekommeren om het historisch en archeolisch patrimonium.

De Kring overleefde twee oorlogen.  In 1986 werd het 100-jarig bestaan gevierd waarbij erevoorzitter Aloïs Jans de welkomsrede hield.

In 1990 verhuisde de kring samen met het stadsarchief naar het Hof van Habsburg.  Daar vergadert maandelijks het bestuur en in de leeszaal op de derde verdieping worden gewoonlijk de lezingen gehouden. 

François Van der Jeught belicht na dit korte overzicht nog enkele markante figuren van de Kring, als daar zijn: Guillaume Van Caster, Georges Van Doorslaer, Jozef Laenen, Raymond Van Aerde en Henry Joosen...

 

(stadsarchivaris Willy Van de Vijver eerste foto rechts, en voorzitter De Lannoy)

De neerslag van deze 125 jaar 'zoeken in het verhaal van deze stad' kan men terugvinden in de 'Handelingen' van de Kring, die men kan raadplegen in het Stadarchief.  De reeks heeft  reeds een lengte van 2,50 meter...

 

Doorheen de tijd is de Kring geëvolueerd tot een heel actief en creatief genootschap dat de 21ste eeuw met enthousiasme is ingestapt.  De pioniers in 1886 moeten visionair geweest zijn, want bij de stichting hebben zij de kenspreuk bedacht 'Van dit tot beter' - een visie die men nog altijd sterk in het vaandel draagt.

 

(Marcel Kocken en Bart Stroobants)

De Kring heeft in haar lange bestaan vaak op de bres gestaan voor het behoud van het stedelijk patrimonium.  In de jaren 1960 heeft ze zélfs de Brusselpoort van de afbraak gered!

 

Stenen heeft men nooit in ruiten gegooid.  Dat was nooit de stijl van de Kring.  Maar stenen gooien in de Mechelse kikkerpoel: dat wél!  Kritisch en onafhankelijk, beschaafd en erudiet, met open geest en tot samenwerking bereid.  Zo wou en wil men de doelstellingen realiseren.  Alleen als  het moet, in synergie met anderen als het kan, maar altijd gericht op een positief resultaat.  Van dit tot beter...

 

 

(voorzitter Gidsenbond Vermeulen en secretaris Kring, François Van Der Jeught)

Hierna volgt een boeiende lezing door Prof. Marc Boone over 'Locale geschiedschrijving in Vlaanderen - terugblikken met vertrouwen, vooruit kijken met bezorgdheid'. 

Dan is het tijd voor het woordje van de burgemeester en de gebruikelijke overhandiging van de geschenken.  Stad Mechelen schenkt de jarige kring een mooie oude tekening... 

 

En dan is het hoog tijd om in de Keldermanszaal het glas te heffen.  Op de gezondheid van een Mechelse vereniging om 'U' tegen te zeggen...

 

 

(foto rechts: ondervoorzitter Kring: Raphaël De Smedt)

Proficiat Koninklijke ! En nog vele jaren. Als kervers lid had ik daar ook moeten zijn, maar ik had andere verplichtingen.

Ik blijf het geweldig vinden als een vereniging langer bestaat dan een mensenleven, dat betekent dat de tand des tijds is overwonnen ...

Het was een zeer fijne, eervolle en gepaste viering ! En zoals ik François Van der Jeught nog vertelde: "ja, ook ik ben van "Mechelen Blogt", maar nog voor ik of jij thuis komen, staat een neerslag reeds op 'Mechelen Blogt' ! :-))

Een zeer volledig, correct en mooi geïllustreerd verslag, Jan !

 

13/10/2013
R.I.P. oom Raf  
(Raphaël De Smedt)