Bruggen vormen een vertrouwd beeld in de hedendaagse Mechelse binnenstad. Niet alleen de Dijle maar ook de begane grond wordt soms overbrugd, denk maar aan de metalen loopbrug van ‘De Mechelse Goedkope Woning’ in de Jodenstraat of de glazen brug tussen het Huis van de Mechelaar en het stadhuis in de Reuzenstraat.
Brug Jodenstraat en brug Reuzenstraat (foto’s: Koen Vermeulen)
Meer dan 500 jaar geleden konden de toenmalige Mechelaars getuige zijn van de bouw van een soortgelijke - in dit geval houten - brug die het uitzicht van de Korte Maagdenstraat een ware metamorfose gaf.
Wat deed die zwaartekrachttartende constructie daar in hemelsnaam?
Laten we eerst even een kijkje gaan nemen in de Korte Maagdenstraat. Halverwege de straat, over het Hof van Savoye, merken we aan een gevel dit bordje op:
Bordje Korte Maagdenstraat (foto: Koen Vermeulen)
Inderdaad, op deze plek stond vroeger de oude Sint-Pieter-en-Paulkerk. Deze gotische kerk werd in de tweede helft van de veertiende eeuw gebouwd. In de tweede helft van de achttiende eeuw werd ze wegens bouwvalligheid gesloopt. De nieuwe Sint-Pieter-en-Paulkerk in barokstijl staat nu aan de overkant van de Keizerstraat.
‘De overdekte toegang’, waarvan sprake op het bordje, gaf uit op het oratorium (een kleine kapel of bidvertrek) gebouwd voor Margareta van York en was dus niet voor iedereen toegankelijk. Via een ‘luchtbrug’ was de woning van de hertogin in de Korte Maagdenstraat verbonden met de kerk.
De oude Sint-Pieter-en-Paulkerk met brug naar het Hof van Savoye (illustratie: GODENNE, Oud Mechelen: Penteekeningen door Leopold Godenne naar David De Noter en anderen, 35.)
Haast automatisch zal de aandachtige Mechelse Blogger zich nu luidop enkele vragen beginnen te stellen:
“Woonde Margareta van York niet aan de overkant van de Keizerstraat?”
Vanaf 1477 woonde Margareta inderdaad in haar paleis aan de Keizerstraat (de toenmalige ontvangstzaal doet nu dienst als Stadsschouwburg). Volgens Steurs en De Jonge verhuisde ze echter in 1497 naar een bescheiden woning aan de linkerkant van de huidige Korte Maagdenstraat, recht tegenover het koor van de oude Sint-Pieter-en-Paulkerk. Margareta kocht dit huis van Hieronymus Lauweryn, een ridder in dienst van Filips de Schone. Haar nieuwe verblijfplaats, waarvan de ingang in de Voochtstraat was, zal de oudste kern vormen van het nog te bouwen Hof van Savoye.
“Waarom verscheen er plots die merkwaardige brug in het straatbeeld?”
Ten eerste ontbrak er in de woning een huiskapel, iets wat destijds onontbeerlijk was in de huizen van hoge edellieden. Ten tweede was ‘de Mechelse Weduwe’ ondertussen haar vijftigste levensjaar voorbij en niet meer erg goed te been. Het stadsbestuur liet daarom in 1499, van in haar bovenkamer tot in de daar overstaande kerk, een houten overdekte brug maken, zodat ze zich rechtstreeks vanuit haar woonvertrek naar haar private bidplaats kon begeven.
De oude Sint-Pieter-en-Paulkerk met brug naar het Hof van Savoye (illustratie: KOCKEN, Gids voor Oud-Mechelen, 73.)
“Zijn er nog geschreven sporen van het bouwproces bewaard gebleven?”
Ja, in de Mechelse stadsrekeningen kan een hoop informatie over de bouw van het oratorium en de brug worden teruggevonden!
Enkele transcripties van fragmenten (let op: er zijn meer transcripties weergegeven dan scans):
SAM, Stadsrekeningen, 1499-1500, fol. 182r.: Item betaelt meester Jan van Werchtere, der stad metsere, van werckene indt Hof van Oeysteryke, Sinte Peeters, aen dorateur van my vrouwen de Douwagiere ...
SAM, Stadsrekeningen, 1500-1501, fol. 189r.: Item betaelt Hendrik Ghooten, tennepotgietere, van ... 961,5 lb. loots gelevert aen dorateur van onser genadeger vrouwen ...; fol. 190r.: Item betaelt Peter vors. [de Munstere] van der scalgendake gemaect op doratoer van myn vrouwen der Douwagiere op Sinte Peeters kerchof ...
SAM, Stadsrekeningen, 1501-1502, fol. 174r.: Item betaelt Geerd van den Veeckene, scrynmakere, met zynen gesellen van werckenen ind Hof van Oeysterycke ende aen doratoer van onser genadegher vrouwen la Duwagiere; van 149,5 daghen, sdaechs 10 gr. ende van 140 daghen, sdaechs 12 gr. ...; fol. 182r.: Item betaelt Wouter van Battele, gelaesmakere, ... van 3 vensteren gemaect aldaer van suveren gelase daer ons genadeghe vrouwe misse doer hoert ...
Margareta’s oratorium was dus een kapel die aan de buitenkant van het koor werd gebouwd, op het Sint-Pieterskerkhof. In het bidvertrek waren vensters voorzien die uitzicht gaven op het hoogaltaar, het dak was bedekt met schaliën (leisteen). In 1501 zal een groot deel van het stedelijk budget voor openbare werken worden vrijgemaakt voor smeed-, lood- en glaswerken in het oratorium van Margareta van York. Ook het daaropvolgende jaar zullen er soortgelijke werken aan haar kapel worden uitgevoerd. Schrijnwerker Geerd van den Veeckene werkte maar liefst 289,5 dagen aan het oratorium.
De oude Sint-Pieter-en-Paulkerk met brug naar het Hof van Savoye (illustratie: FONCKE, Mechelen de Heerlijke, 191.)
De houten oratoriumbrug verdween waarschijnlijk samen met de gotische Sint-Pieter-en-Paulkerk uit het stadsbeeld in de achttiende eeuw. Een deel van de bidkapel, en dus ook een miniem restant van de gesloopte kerk, is nog steeds bewaard gebleven in de Korte Maagdenstraat.
Korte Maagdenstraat anno 2011 (foto: Koen Vermeulen)
Geraadpleegde bronnen en werken:
SAM, Stadsrekeningen, S. I, nr. 175: stadsrekening 1499-1500.
SAM, Stadsrekeningen, S. I, nr. 176: stadsrekening 1500-1501.
SAM, Stadsrekeningen, S. I, nr. 177: stadsrekening 1501-1502.
DE JONGE, K., ‘De voornaamste residenties in Mechelen: Het Hof van Kamerijk en het Hof van Savoyen’, D. EICHBERGER red., Dames met Klasse: Margareta van York en Margareta van Oostenrijk, Leuven, 2005, 57-66.
STEURS, F., Het Keizershof en het Hof van Margareta van Oostenrijk te Mechelen, Mechelen, 1879.
Aquarellen van De Noter met de overdekte houten brug naar de oude St. Pieterskerk.
(dia's Neckers)
(De Noter nam het soms niet al te nauw met de verhoudingen)
Met dank voor deze mooi gestoffeerde bijdrage.
Ik weet dat er enkele mensen (waaronder zeker 1 bekende Mechelse historicus) nog twijfelen of het zwarte bordje met witte letters op de werkelijke plaats staat van waar vroeger de overdekte toegang liep.
Heb jij weet van de origine van dat enige overblijvende geveltje ?
ps. De brug in de Jodenstraat:
(Foto Peter Meuris)
Alle respect voor iemand die uit zo 'n middel-koeterwaals ( i.e. Stadsrekeningen ) een zinnige tekst kan uitpuren.
Schitterende bijdrage! Maar na jouw eerste topic wist ik wel dat we nog andere boeiende dingen mochten verwachten van jou! ;-)
Als je de oude tekeningen bekijkt, kan de brug inderdaad niet gestaan hebben, waar ze volgens het infoplaatje stond. Ik vermoed dat ze meer naar de Gerechtstraat toe moet gesitueerd worden, ergens waar op de recente foto die rode auto geparkeerd staat.
Dan blijft natuurlijk de vraag: wat is dan het overblijfsel met die spitsboog? Uiteraard een deel van de achterzijde van de oude Sint-Pieterskerk. Maar wat? 'n Koorkapel, sachristie...?
Kijk eens naar de bovenste kleurentekening. Vlak naast de houten brug zie je een dwarsstaande spitslopende gevel. weliswaar met twee spitsvensters ( en niet één zoals de huidige situatie.) Het is dus goed mogelijk dat dit overeenkomt van wat er vandaag nog rest, want die gevel staat ook dwars.
Wat ook kan is dat de huidige gevel gewoon de andere kant van het dwarsstaande gedeelte is en dat het deel waarin de brug uitkwam verdwenen is en die kant dan weer overbleef. Dit kan het ene grote venster verklaren. Als je naar de tweede tekening van De Noter kijkt dan zie je ook de aanzet van zo'n dwars staande gevel.
Is er nergens een tekening of prent te vinden van de àndere kant van de Sint-Pieterskerk, dus de zijde langsheen de Keizerstraat, waar die brug ook zichtbaar is? Dat zou al wat klaarheid brengen. Ik vind er wel op beeldbankmechelen, maar zonder zicht op de brug.
Toen ik ter plaatse het overblijfsel in de Korte Maagdenstraat ging bekijken, was het mij ook niet volledig duidelijk waar ik het aan de kerk moest lokaliseren. Volgens mij kan de verklaring van Rudi wel kloppen.
Mea culpa... die eerste oude prent is niet van de hand van De Noter maar van Van den Eynde.
Dat de brug nog niet in de buurt van het huidige zogezegde overblijfsel kwam, mag blijken uit deze tekening van Van den Eynde, die het Sint-Pieterskerkhof toont, voor de bouw van de huidige huizen op die plek.
Links zie je de nu nog bestaande gevel met spitsboog (groen aangeduid op de tekening) mogelijk een restant van een koorkapel of een andere aanbouw aan de noordelijke achterzijde van de kerk. De brug vertrok - vergelijk met de tekeningen van De Noter - uit het rood omrande gedeelte op de tekening van Van den Eynde en kwam dus aan de zuidelijke achterzijde van de kerk uit.
(c) Beeldbank Mechelen
Inderdaad Koen, ik ben geneigd om dit verhaal te geloven. Alhoewel dat die kapel met groot raam verder naar de Keizerstraat staat dan het huidige restant volgens mij.
Wat duidelijk blijkt op de tekening is dat er niets meer rechtstaat van de kerk en dus ook geen muur van een doorgang.
Ik denk dat we moeten vragen aan de stad om dat bordje aan te passen .... :-)
Nu ja, het resterende stukje gevel is wellicht wel een onderdeel geweest van de achterbouw van de kerk. Ik vermoed niet dat een woonhuis toen dergelijke grote spitsboogramen had. Welk onderdeel, dat blijft een open vraag bij gebrek aan duidelijke tekeningen van die noord-oostkant van de kerk. Maar dat het iets met die houten loopbrug te maken had, kunnen we nu wel definitief naar het rijk der fabelen verwijzen.
Om het eens vanuit een andere hoek te bekijken. Hieronder vind je een fragment van het plan Popp ( 19e eeuw ) gemaakt na de afbraak van de oude t. Pieterskerk. Hier werden de perceelsverhoudingen, in tegenstelling tot De Noter enz. , wél gerespecteerd. Op de plaats waar de kerk werd afgebroken werd de rooilijn van de straat achteruitgebracht wat vandaag nog steeds te zien is.
Wanneer je op de plaats waar de kerk stond, de kerk zou terugplaatsen dan zou de luchtbrug zich moeten bevinden naast de grens tussen Palais de Justice en Tribunal de 1re Instance. Zo kom je ook tot de bevinding van Koen.
En als dat minieme restant dat we nu als een buitengevel aanzien nu eens in het verre verleden een binnenmuur was?
@Jokke: inderdaad, waarom niet!
Een andere punt dat de theorie van Koen schijnt te bewijzen is de vergelijking van de wat uitspringende erker met twee bogen links van de rood gemarkeerde doorgang op tekening van Van Eynde. Die is vermoedelijk dezelfde als die op de hedendaagse foto. (rechts boven de zwarte Peugeot).
Er is ook in het paleis een vreemde gang met een houten tongewelf, waarvan gezegd wordt dat die in het verlengde lag van de passerelle. Het zou dus interessant eens te gaan zien daar en die ligging te bekijken ten opzichte van de straat.
Wat op de tekening van Van den Eynde niet zo duidelijk te zien is ( zie daar het met rood omrand raam ) is op volgende oude foto van vóór de verbouwingen aan de zijgevels, wel te onderscheiden. Waarom zou dat raam een aparte dakoverkapping kunnen gehad hebben buiten de aanzet voor de passerelle naar de overkant van de straat?
(c) beeldbank Mechelen
Ik denk dat het met elke nieuwe reactie duidelijker wordt hoezeer het bordje aan vervanging toe is ... :)
ja inderdaad, of wat dacht je van een mini afbeelding bij dat bordje hangen dan weten ook toeristen of toevallige voorbijgangers wat daar gedurende die zovelen jaren heeft gestaan.
Mooie en interressante presentatie trouwens, proficiat!! :) Hopelijk mogen we nog veel van die presentatie's verwachten ;)
Ik heb een kennis die werkt bij het Gerechtshof. We zijn van buiten eens gaan kijken in de Korte Maagdenstraat. Rechts van het gedeelte met de twee ramen met daartussen een erkertje ( zie hedendaagse foto boven de Peugeot) en dat ter hoogte van het rood omrande geveldeel op de tekening van Van den Eynde,is er een raampje en vanuit de straat kan je met wat goed kijken het tongewelf zien waarover ik sprak. Dat betekent dat het inderdaad mogelijk een verlengde is van de brug en dat die passerelle inderdaad elders liep. Tenzij? Als die nu eens schuin stond? Moeilijk af te leiden uit de tekeningen. Maar we weten dat we daar ook mee moeten opletten.
Inderdaad Rudi, zo een schuine overloop is een oplossing die wij 21-ste eeuwers zouden toepassen mochten we er niet rechttoe-rechtaan geraken. Mijn aanvoelen echter is dat die machthebbers rond 1500 daar niet content zouden mee zijn: het schoonste paleis van kilometers in de omtrek en dan ne scheve passerel? Ik zou begot mijn paleis laten verbouwen om toch maar ne schone oversteek te hebben.
Al bij al zet je me natuurlijk aan het denken want als de toenmalige straat op zijn smalst toch nog een meter of tien ( ? ) zou zijn, dan heb je wel een serieuze constructie nodig ( met steunbalken? ) om madam op een veilige manier naar de overkant te loodsen. Eiken boomstammen uit één stuk waren waarschijnlijk niet courant te verkrijgen / koop dus misschien zit er in de grond nog een stuk fundering van die toenmalige constructie?
Dat dergelijke bruggetjes in vorige eeuwen niet uitsluitend in Mechelen gebouwd werden bewijzen de beelden die volgen van de Saksische hoofdstad Dresden.Ondanks het feit van de totale verwoesting in 1944 zijn ze er toch maar in geslaagd er opnieuw iets moois van te maken. Hup Mechelen er achteraan zou ik zeggen.Oorspronkelijk waren het de rechtstreekse verbindingen tussen kerk en staat. Van het Schloss naar de Kirche en omgekeerd.Wat zou dat te betekenen gehad hebben.
Er is ook zo'n dergelijk bruggetje te zien in Brugge. Het loopt van het Gruuthuze museum naar de er naast gelegen kerk.
Trouwens we hebben nog een dergelijk voorbeeld. De Mechelse "brug der zuchten" over de monding van de melaan aan het Hof van Villers;
@ Rudi.
Zie je, in Brugge ook die verbinding tussen kerk en staat. Wie gaat dat eens uitzoeken. Maar zeg nu zelf, het mocht in Mechelen wel iets meer zijn dan een paar velobuizen hé.
Toch ook even melden dat de aanleiding tot deze zoektocht is terug te brengen tot een uitspraak van Bart Stroobants die in onze lessenreeks stadsgids over Mechelen openlijk twijfels uitte over de lokatie van dit bordje.
Ere wie ere toekomt.
Dus toch de weg van kerk naar staat en terug. Wie zoekt het uit ?
@g.l.: rond die periode ( 1500 ) was alles nog koek en ei tussen kerk en staat. In gezamelijk overleg nam de één de koek en de andere het ei. Er hoefden nog geen bruggen gebouwd te worden want ze zaten samen op één eiland. Een goede impressie krijg je wanneer je op zaterdagavond naar de Tudors kijkt op Eén. Dat speelt zich net in die periode af. Eigenlijk waren die handjeklap-toestanden mee aanleiding tot de godsdienstoorlogen van enkele jaren later.
@ GL : welke velobuizen????????????????????
@Rudi, allee seg jong, ik zie ook al eens graag een jong ding met een kort rokske door het stad lopen, maar zoiets ? Is toch geen klasse, als die van over vijf honderd jaar moesten terug komen.