Over manenblusserij

Christophe schreef een column 'Zever in pakskes' in de Nieuwe Maan, waarin hij de echtheid van het verhaal van de Manenblussers betwijfelt.

Dat verdient een antwoord: een artikel met suspens, gebaseerd op wetenschappelijke bronnen.

Want eerlijk ? Het verhaal van de Manenblussers komt volledig ongeloofwaardig over, tenzij we onze voorouders als onnozel beschouwen. Een uiting van eigenwaan.


Uiteraard kennen jullie de bloggers Jans en Jansenius, ... maar in mijn verhaal dat de oorsprong van het manenblussersverhaal verklaart staan de Jansenisten centraal. De wie ?

En ook ene Jan Govaerts doet mee. Het lijkt wel of het helemaal op het lijf is geschreven van MBLOGT.

Nieuwsgierig ? Kom meer te weten.

We gaan eerst en vooral terug naar 27 juni 1689. Anderhalf jaar na het verhaal van de manenblussers beginnen er overal ten lande spotprenten te circuleren over een even gênante als potsierlijke zaak, waarin duchtig de draak wordt gestoken met de onnozelheid van de Mechelse bevolking: het Mechels Abues.

Het voorval met het blussen van de maan was nog niet vergeten of men kwam al met een nieuw schandaal. Laat ons een keer meelezen met wat er toen gebeurde op het Sint Jans kerkhof.

Het Mechels Abues, Voor-gevallen op den 27 Iuni 1689, als wanneer sekeren Graf-maeker besigh sijnde met een Graf te maeken, heeft in aerde gevonden een Doots-hooft, het welcke hij uijt den put worpende, heeft gesien dat het gemelde Doots-hooft hem Ruerde.  Waer over verslaegen en ont-stelt sijnde, is geloopen tot den Pastor vande Kercke
(nvdr: naam pastor was Jan Govaerts), om aen de selven Sijn weder varen te kenne te geven.

Den Pastoor commende op het kerck-hof met den Graf-maeker bevint alles als hem geseijt is, keert met verwonderingh naer huijs en doet sijnen Kuester Roepen om hun saemen gereet te maeken om het roerende Doots-hooft te besweeren en belesen, dat alreede op eenen serck-steen geleydt was.

Den Pastoor comt met sijnen Kuester en een grooten toeloop van Menschen naer het Kerck-hof om het Doots-hooft te besweeren, dogh sonder Baet, al soo het geen andere teekenen en gaf als gedurighe bewegingen over en weder rollende, dat een ider doet verschricken en wonderen.

Naer dat het Doots-Hooft een wijl tyts hadde belesen geweest is eenen wulpschen Iongen gecomen, die het Hooft op nam, en willende weten wat daer in scorte, heeft het om stucken gesmeten tegen eenen sercksteen, en int breken is daer eenen levenden MOL uijt geloopen, die de beweginge gemackt hadde, het welk de omstanders soo comfueselijck dede naer huijs loopen, en oorsaeck heeft gegeven van dusenden van Menschen te doen Lachen.


Of in het kort:
Men vindt een bewegende doodskop op het Sint Jans kerkhof. Een grote menigte Mechelaars komt er op af, men denkt dat dat de schedel behekst is, en probeert deze te bezweren. Pastoor Jan Goovaerts komt er aan te pas, maar niets baat, tot een jongen de schedel oppakt en hem kapot smijt. En daar kruipt er een mol, die in de schedel zat. Die goedgelovige Mechelaars toch !

Wat denk je, al even ongeloofwaardig ? Vanwaar komen deze verhalen ? Wie heeft ze bedacht ?

Om dat te begrijpen hebben we wat extra kennis van de geschiedenis nodig ...

Oratorianen-Jezuieten

De oratorianen werden opgericht in Frankrijk als alternatieve beweging van de jezuïeten. Zij waren uitdrukkelijk onderworpen aan het gezag van de bisschop, in tegenstelling tot de jezuïeten die rechtstreeks van de paus afhingen. De Mechelse Aartsbisschop Boonen zag met lede ogen dat het succes van de jezuïeten in Mechelen een bedreiging vormde voor de parochiepriesters.

De jezuïeten gingen met de beste studenten lopen zodat de klassieke Latijnse scholen (de Grootschool in de schoolstraat), die instonden voor de opleiding van toekomstige priesters, dreigden ontvolkt te raken.

Omdat de kerk behoefte had aan goed opgeleide parochiepriesters zocht Boonen de oratoren aan ( via collega-bisschop Jansenius uit Ieper ) in 1629 om onderwijs te starten. De nieuwe school was dus een directe concurrent voor de jezuïeten en had veel succes tijdens de eerste helft van de 17e eeuw.

Het was vaak openbaar oorlog tussen de Oratorianen en Jezuieten zodat men zelfs moest bemiddelen om tot een vergelijk te komen. Dat vergelijk luidde dan alsvolgt:

Die Meesters van beide zijden zullen vrintschap, ende correspondentie met elckanderen houden, eenen goeden yver in de Jonckheyt verwecken, ende neerstelyck gaede slaen, dat die discipline niet twistich en worden, oft met kyven oft met vichten onrust in de stadt maecken, ende ingevalle sulckx geschiede, sullen die Autheurs zonder dissimulatie worden tot exemple van andere.

Een schoolstrijd avant la lettre.


Jansenisme

De Oratorianen hadden Jansenisitische sympathieën. Deze leer van Cornelius Jansenius, leunde erg aan bij het protestantisme

Het Jansenisme verkondigt dat de gelovige het krijgen van zijn zielenheil niet zelf kan afdwingen door bijvoorbeeld het stellen van goede daden. Of de gelovige zielenheil krijgt, ligt volgens de jansenisten volledig in de handen van God. Deze opvatting stond lijnrecht tegenover de opvatting die op het Concilie van Trente werd verkondigd.

 

 Het Jansensime was ook een manifest tegenstander van de Mariaverering. Maria vereren in ruil voor voorspraak in de hemel was ongehoord in hun visie.

Een jansenistisch kruis is een kruis waarbij de armen van Christus sterk verticaal naar omhoog opgeheven zijn. De armen zijn zoveel mogelijk van de aarde afgewend om het klein getal der uitverkorenen te zinnebeelden en omdat volgens het jansenisme Christus niet voor alle mensen is gestorven.

Het Manenblussersverhaal



Maar wat heeft dit nu allemaal te maken met het Manenblussersverhaal ? Wel in tijden van strijd tussen Oratorianen/Jansenisten en Jezuieten zijn alle middelen geoorloofd. Ook nepverhalen de wereld insturen.

We kunnen al deze verhalen intepreteren als een symbolisch spel uit de zeventiende eeuw. In de rooms-katholieke symboliek wordt de Maan constant in verband gebracht met Maria. De afkeer van de Mariacultus door de jansenisten is maar al te goed bekend.

De eerste geschriften over de manenblusserij zijn van de hand van Lieven de Meyere, Jezuiet te Mechelen, en anti-Jansenist. Hij was dus tegenstander van de Oratorianen die de Mariaverering wilden verdringen. (zijn we nog mee ? :-)

De maan willen doven, is dus een symboliek en staat voor de Moeder Gods willen verdringen. Dat het blussen van de maan (en dus het verdringen van de Maria cultus) onbegonnen werk is blijkt uit de potsierlijke afloop van het manenblussersverhaal waarbij de maan uiteindelijk triomfeert.

Ook de datum is speciaal gekozen, nét zeven dagen voor OL-Vrouw Lichtmis.

En het verhaal van de mol ?

De mol is een constant symbool voor ketterij. Een mol (ketterij, jansenisme) die ontmaskerd wordt door een 'eenen wulpschen Iongen', anders gezegd door het gezond verstand. Een bezielde doodskop waarin men geloofde wordt ontmaskerd door het gezond verstand.

We laten het dus aan de lezer over, of de Manenblusserij waar is gebeurd ... of dat het een schimpschrift was tussen religieuze stromingen in een symbolisme dat we als 21e eeuwer niet meer begrijpen.

Bron:

H. Installe, Symbolische Satire van de 17e eeuw. Handelingen van de Koinklijke Kring voor Oudheidkunde, Letteren en Kunst van Mechelen, deel 98, pp 229, 1994

Foto's Jan S

Goed gevonden maar mi veel te ver gezocht Peter.
In een tijd waar de mensen bijlange niet positivistisch ingesteld waren en vooral het geloof primeerde zie die doodgraver zeer goed geloven dat er een geest in het werk was bij het zien van de wiebelende, zeg maar behekste schedel. Ook de omgeving werkt daar zeer inspirerend voor, een dolende geest, een verdoemde ziel en noem maar op.
Natuurlijk dat de man in de eerste plaats naar de zieledokter stapt om het verschijnsel te bezweren.
Er is een stoute jongeman voor nodig, die nog minder geremd of misvormd is, wiens natuurlijke nieuwsgierigheid nog niet volledig gevormd en gekanaliseerd was om met boereverstand het ding eens durven te onderzoeken.
Het verhaal van de maneblussers, misschien is er wel eens iemand gewoon op het idee gekomen bij het zien van het maneverschijnsel in de ramen en daar dan een lokaal cafeverhaal van opgeklopt wie weet...

Of wel was men toch zo begaan met de toren dat men het zekere voor het onzekere nam en de brandweer liet komen, kunt ge het hen kwalijk nemen?
Zattemansverhaal of halve waarheid, we blijven als Mechelaars voor altijd maneblussers, gelukkig maar..

De eerste reactie is natuurlijk altijd ontkenning (lacht). Maar dat we Maneblussers blijven, dat is zeker.

Er kan en mag eens mee gelachen worden : met ons, Maneblussers !  We houden nu eenmaal van onzen Toren !

(Maar als we ooit nog eens dat zat boerke te pakken krijgen...)

:-D

Enfin, altijd beter dan de Messenvechters van Tremelo, de Stroppen van Gent, de Ajuinen van Aolsjt of de Schape(n)koppen van Lier...

Als jouw uiteenzetting als waar wordt aangenomen Peter, moet men binnenkort misschien wel de maan uit het logo verwijderen wegens een religieus symbool of minstens een verwijzing naar religie :-), misschien wel weer een nieuw logo.

;)

Maar wat liep ik daar dan te doen ? :-)

En  nog wel als pastoor.

Peter, ik vind dit toch een mooi stuk met interessante achtergrondinformatie gedocumenteerd. Informatie om duimen en vingers af te likken.
Ik wist zelfs niks over de 'vete' of eerder wedijver tussen oratorianen en jezuiten. Bijgeleerd dus.

Intrigerend verhaal....

En deze 'Mechelse 'Da Vinci-code' heeft zijn tentakels tot in Mechelenblogt uitgestrekt, met Jan Goovaertsen en andere Jansenisten...

;-)

héééééél geheimzinnig.

Iedereen kent het kinderspelletje ‘doorvertellen’. (Een kind leest een verhaaltje; dit wordt oor-aan-oor doorverteld en de laatste van de groep moet het verhaal publiekelijk opdissen). Volksverhalen bevatten dikwijls (lees: altijd) een kern van waarheid. Wat voor ons nu een leuk (gevonden) verhaaltje is, was voor onze (voor)ouders meestal een harde waarheid! Waarheid is persoonsgebonden (bestaat er wel een Universele waarheid?)Optische illusies houden ons brein voor de gek en kunnen de gekste ideeën creëren. Is onze maneblusserij echt? Voor ons niet, voor hen (vroeger) waarschijnlijk wel!
De getoonde ‘jansenistische christus’ is, zoals de meesten hier wel weten een kopie van de originele elpen christus; het is niet mogelijk om een ‘christelijke’ christus (met gespreide armen dus) uit een olifantentand te snijden; of ’t zou er een uit een mammoeten gebit moeten zijn …
Is Henri Installé onze Mechelse Dan Brown zoals Jans zich afvraagt? Zijn jansenisten, Jan Goovaertsen en andere bloggers reïncarnaties? Wie weet? Laat het ons doorvertellen, ’t Is misschien de basis voor mooie nieuwe Mechelse sprookjes … (lach en krabt eens in zijn weinige haren …)

Tijd dus voor een nieuwe Mechelse stadslegende of een nieuw Mechels broodjeaapverhaal ?

:-)

... Het spook van den toren ... Allee Rudi, vertelt het eens ... (lacht geheimzinnig)

@anoniem, "Waarheid is persoonsgebonden", wat een belachelijke aanname is dat nu. Iets is niet waar of onwaar omdat een persoon dat zo vindt. Dat is begot een gemakkelijk ding, Ik vind dat in een zone dertig 50 km/u mag gereden worden en dus is dat zo. Je zal de werkelijkheid wel in je bus vinden na een week. (lacht)
Als het verhaal vroeger waar of niet waar was dan is dat nu ook zo, 't is aan historici om te vinden wat er van aan is of was maar niet om de waarheid te 'vormen' naar de wensen van iemand.
Als bv een farao eeuwen geleden in Egypte een piramide bouwde dan is dat nu ook nog waar ongeacht of die piramide er nog staat of meegenomen werd naar Amerika om ergens in de nevada te gaan uitblinken.

Gemakkelijk is da om de waarheid een draaike te kunnen geven maar een grove denkfout toch, van zever in pakskes gesproken. man, man

Dat is begot een gemakkelijk ding, Ik vind dat in een zone dertig 50 km/u mag gereden worden en dus is dat zo … zegt Lieven Natuurlijk is dat zo, beste Lieven. Indien U stelt dat U de zone 50 niet moet gerespecteerd worden, is dat Uw waarheid! De consequentie moet U er echter bij nemen … De waarheid is een omvangrijk geheel waar mensen (meestal) slechts een fractie kunnen van waarnemen. Een bevattelijk voorbeeld: Ik bekijk de achterzijde van Uw hand; U bekijkt de voorzijde. De stelling: ‘bij een hand behoren vingernagels’ zal voor U een flagrante leugen blijken, voor mij daarentegen … Als de farao eeuwen geleden in Egypte zich god waande was dat voor zijn volk waar, is dat nu ook nog waar? Is God waar ??? Waarheid beperkt zich niet tot materiële zaken, trouwens, een Mechelse bruine smaakt lekker, nietwaar ? ;-)

@anoniem: Mechelsen Bruine? Ook al bijna gewijde geschiedenis!

@Lieven: "Of wel was men toch zo begaan met de toren dat men het zekere voor het onzekere nam en de brandweer liet komen, kunt ge het hen kwalijk nemen?"
De brandweer moest in ieder geval niet van heel ver komen, want wie waren de pompiers in die tijd? De minderbroeders die daar vlakbij woonden!

@anoniem, das een echte moeilijke, 'Is God waar?' de vraag is eerder bestaat God voor de ene wel voor de andere niet 't is niet echt te bewijzen een van die immateriele dingen waar jij gewag van maakt. Nochtans een van beide zit goed maar het zal altijd geloof zijn, ik goof dat God bestaat of ik gellof dat god niet bestaat.
De faraos vonden misschien zelf wel dat ze god waren (of ze hoopten het te worden) ze dwongen de onderdanen dat ook aan te nemen maar ofwel was het correct, waar ofwel zaten ze ernaast, wat het was verandert nooit niet gisteren niet vandaag en ook niet morgen. al de rest is stellingname, geloof of ongeloof.
Ik weet niet of ik je ken van vroeger maar inderdaad ik vond ne Mechelsen Bruynen lekker maar ben intussen in carolus trippel, classic of Westmalle trippel. Feel free om me er enen te trakteren. :-)

Een verhaaltje, en dan stop ik er mee, of de forum elite veroordeelt mij (weer) wegens afdwaling.
Een man luistert naar een politieke discutie. De katholieke spreker zegt ‘A’
De man juicht de spreker toe en roept luidkeels: ‘Ja ja, gij hebt gelijk!’
Daarna vertelt de socialistische kandidaat ‘B’
‘Ja ja’ juicht de man, ‘gij hebt gelijk!’
Maar zegt zijn gebuur, ‘tegen de ene zegt gij dat hij gelijk heeft, de andere zegt het tegenovergestelde en gij zegt ook dat hij gelijk heeft! Dat kan toch niet?’
‘Natuurlijk niet’ zegt de man ‘gij hebt ook gelijk!’
Psychosomatiek kan U genezen of doden, ‘persoonsgebonden waarheden’ bestaan dus wel degelijk ;  waarheid is relatief … ziet ge!
Wat de traktatie betreft: publiceer Uw rekening en ik zal graag er de vereiste som voor een of ander biertje storten; anoniem natuurlijk!

;-)

"Het verhaal van de Manenblussers komt volledig ongeloofwaardig over, tenzij we onze voorouders als onnozel beschouwen."

Ik hou mezelf niet altijd heel erg au sérieux, maar toch...

Toen achterin de Euroshopping nog een studentenclub in 't Clubke huishield en een wat jongere vriendin daar hielp, reed ik (alleen) rond één uur 's nachts met de fiets van daar naar de Wollemarkt. Iets anders dan thee had ik nog niet gedronken maar een Carolus zou er nu wel ingaan, in de Dodoens van 't "peppeke" Marcel of was het nog in de Wagon Wheel bij tapper Gerard van de latere Stillen Genieter (dan zou het al minstens 31 jaar geleden zijn).

Net uit de Bruul of wellicht Hallestraat komend, zag ik door de hoge galmramen van de Toren een felle, flakkerende rosse gloed wijl ik nog voor het stadhuis langsreed. Het was droog en helemaal niet mistig. Het moet zwaar bewolkt geweest zijn want de lucht was overal zwart. Ik ben nu eenmaal Maneblusser, dus... ik reed enkele tientallen meters naar Magriet toe (nog als zonnewijzer in 't midden van het gekasseide parkeerplein) zodat ik beter door de galmschotten heen kon kijken en zette mijn fiets op de pikkel. Nog steeds een échte brand, ik zag er voordien elders al een paar. Eigenlijk zou ik nu toch moeten... maar als Maneblusser...ik bleef nauwgezet toekijken wijl ik fiks in de richting van de Amitié stapte om het vanuit een andere hoek aan te zien.

Pas wijl ik al halverwege de straat voor de Amitié had overgestoken, werd rechts naast de toren een schijnsel zichtbaar. Op het voetpad gekomen was ik geheel gerustgesteld: langs een gat in het dichte wolkendek dreven snelle wervelende wolken voorbij. Maar toen ik terug op mijn fiets stapte was gedurende tenminste drie minuten wat ik had gezien, genoeg geweest om gelijk welke niet-Maneblusser meteen groot alarm te doen slaan.

Nooit eerder en nimmer erna kon ik het maanlicht zulk effect zien teweeg brengen. Of de brand waaraan we onze bijnaam danken hetzelfde verschijnsel was en de verhaaltjes er rond kloppen, weet ik niet zeker; maar mijn verhaal is in alle details absoluut waar.

Over paardenhaar

Zodra de Brusselaars 'Kippenvreters' worden en de 'Mieren' zich in Wuustwezel thuis weten, worden jullie misschien Manenblussers. Ik blijf een Maneblusser.