'De Duitschers te Mechelen'


(foto: Jan Smets)

Vrienden, die weten dat ik geboeid ben door (Mechelse) geschiedenis, gaven me ooit een oud, iewat stoffig en 'verhakkeld' boek cadeau...
Maar...
wat een uniek tijdsdocument!

Frans Verhavert, 'koster der Metropolitane kerk', schreef in 1919 zijn oorlogservaringen neer, in 'De Duitschers te Mechelen (1914-1918) - uit het dagboek van een Mechelaar'.

Ik laat jullie graag over m'n schouder meelezen...
een paar fragmentjes:
(...) 'Mechelen was nog onder den indruk der laatste jubelfeesten van OLV van Hanswyck, die in 1913 met zooveel luister en pracht gevierd werden. Wij herinneren ons nog de bonte afwisseling van groepen en kleuren uit den laatsten Hanswyckstoet, de bebloemde en bevlagde straten. De vrolijke Kermisdagen van 1914 waren nog niet heelemaal afgeloopen, het groot vuurwerk op de Raghenoplaats moest nog afgestoken worden, of de doodsklok verving de kermisklok en de blijde dagen verzwonden in dagen van droefheid en ellende. Men hoorde te allen kant, als een donderslag die over Mechelen heen dreunde, den kreet Oorlog! De oorlog is verklaard!
Dinsdag, 4 Augusti, ten 9 ure 's morgens, werd te Brussel officieel aangekondigd dat Duitschland den oorlog verklaard had aan België. De teerling was dus geworpen!
(...) Zoodra de tijding van de oorlogsverklaring te Mechelen bevestigd was, boden er zich een overgroot getal burgers aan om als vrijwilligers dienst in het Belgisch leger te nemen. Het inlijvingsbureel zetelde op ons oude Stadhuis. Groot was de geestdrift der jongelingen en mannen die zich kwamen aanbieden, men zong Vaderlandsche liederen, men wuifde met hoeden en zakdoeken, onder den kreet: Leve België! Leven ons dierbaar Vaderland!
Verschillende militaire klassen werden binnengeroepen. Bijna overal werd het werk gestaakt, duizenden werkeloozen zag men langs de straten slenteren.
Vele vrouwen en kinderen liepen al weenend langs de straten: de droefheid werd algemeen. Ook de burgerwacht werd opgeroepen, op 2 Augustus bij middel van brieven, en op 5 Augustus bij trommelslag. De wachten moesten ieder maal 24uren dienst doen, en de bruggen der ijzeren wegen bewaken: Mechelen-Statie, en omliggende dorpen, Contich inbegrepen.
Bij het naderen van den vijand werd, op bevel der overheid, te middernacht, den 20ste Augustus, al den schietvoorraad en de wapens binnengebracht. Alles werd op een hoop geworpen op de binnenplaats der Halle.
Van dan af heeft de burgerwacht niets meer te verrichten gehad. Onzen achtbare Burgemeester, Mijnheer Karel Dessain, deed eenen oproep tot de burgers der stad, om een politie-korps in te richten, daar het getal politie-agenten met die moeilijke dagen ontoereikend was om de orde te handhaven, en ook daar er velen hunner in 't leger geroepen waren.
(...) Op 14 Augustus werden, op bevel van den Belgischen Krijgsraad, eenige mitrailleuzen geplaatst op St-Romboutstoren, tegen het overkomen der vijandelijke vliegtuigen.
De Duitschers zullen dit geweten hebben, van daar hunne woede bij het beschieten van toren en stad.
Op 25 Augustus kwam onze beminde Koning Albert Mechelen een bezoek brengen; hij was afgestapt op het buitengoed van den heer Baron Empain te Battel.
In onze stad zat hij eenen Krijgsraad voor, die zetelde op het nieuw Stadhuis. In den voormiddag beklom hij St-Romboutstoren om de Duitsche legers, die langs den Leuvenschen steenweg naar deze streken afgezakt kwamen, in oogenschouw te nemen.
(...) Denzelfden dag was het eerste bombardement gebeurd. Mechelen werd vijf dagen beschoten. (...) Bij het tweede en het derde bombardement, ontvluchtte bijna elkeen de stad. Mechelen was verlaten; iedereen trachtte in de eene of andere stad een onderkomen te vinden; velen gingen te voet naar Duffel of Lier, anderen gingen met den ijzeren weg naar Antwerpen, zelfs tot bij de Hollandsche grens. Men vond zelfs geen voerlieden meer om de lijken naar het kerkhof over te brengen, zoodat men verplicht was de lijken voorloopig in de hof van het OLVGasthuis te begraven.
(...) In het begin van September was zijne Eminente, de Kardinaal, die in Augustus naar Rome vertrokken was om de lijkplechtigheden van Z.H. Pius X, en de kiezing van een nieuwe Paus bij te wonen, naar België teruggekeerd langs Frankrijk en Engeland, en na eenige dagen verblijf in Antwerpen, naar Mechelen gekomen, waar sinds 12 September eene betrekkelijke kalmte heerschte, en waar dan ook tamelijk veel inwoners waren wedergekeerd.
Maar op 27 September brak een nieuwe aanval op Mechelen los, en moest de bevolking wederom vluchten. Zijne Eminentie keerde naar Antwerpen terug en verbleef daar gedurende de beschieting tot na de overgave der stad.
(...)
Toen wij einde September 1915 voor de eerste maal na een ballingschap van bijna een volle jaar, evens als zoovele Belgische vluchtelingen van Engeland, in onze geliefde moederstad weder aankwamen, kende onze vreugde geen palen meer; want toch gaarne keert de vogel naar 't eigen nestje weer!
Maar in evenredigheid der blijdschap, was de droefheid even groot, die wij ondervonden als wij huiswaarts keerden, ziende in welken toestand onze geliefde Dijlestad verkeerde. Puinen, over al puinen! Wij konden bijna geen enkele straat voorbij gaan of wij ontwaarden er verwoeste en platgebrande huizen.
Het eerst wat mij in de oogen viel, was het gesticht der Zusterkens der Armen, dat gansch vernield en uitgebrand is. In de Leopoldstraat, zag men drie of vier woningen gansch vernield. De Graan Merkt ook had veel geleden, gelukkiglijk dat het oude Gildenhuis St.Joris oude Edele Kruisboog, over enkele jaren prachtig hersteld, gespaard is gebleven.
In de OLVrouwstraat waren vele woningen gansch vernield; van aan de Vijfhoek tot voorbij de Tesschestraat, werden rechts alle woningen vernield.
Schipstraat en Nauwstraat hadden insgelijks veel geleden.
En wat gezegd van de Yzeren Leen en Steenweg? Een schrikkelijke aardbeving kon geen grootere verwoestingen aangericht hebben.
Langs den linken kant der Yzeren Leen liggen al de woningen, van aan den hoek der Schaalstraat tot tegen het Oud Schepenhuis, ten gronde plat gebrand; hetzelfde aan den overkant der Yzeren Leen en Steenweg.
Al die schoone neringrijke huizen werden in brand gestoken; uren ver kon men den vuurgloed in de lucht bemerken van dien afgrijselijken brand. Terwijl de vlammen hemelhoog opstegen en reeds groote stukken muren met ijselijk gekraak ten gronde deden storten, werd er nog maar altijd geroofd en gestolen, zoodanig dat het met volle wagens moest vervoerd worden. Hier waren niet allen aan 't werk de Duitsche soldaten, maar ook het schuim der stad en van het omliggende.
Schande, aan die lafaards!
Van het huis van M.De Blauw, zijnde het oud Gildenhuis der Handbooggilde, en het oud Vleeschhuis, gebouwd in 1348, en gansch de rij huizen die er tegen gebouwd waren, is geen steen op steen meer overgebleven.'



En zo gaat het nog vele bladzijden voort...
- een boekje om te koesteren -

Ter info: ik heb reacties van 'Heidi' verwijderd die compleet off-topic waren.
Jans, bedankt voor deze anecdotes!
Razend interessant om dit in dagboekvorm te ontdekken i.p.v. de droge feiten in de geschiedenisboeken.
Vooral voor jonge snaken als mezelf... jammer genoeg een beetje 'vergeten' geschiedenis van Mechelen voor sommigen.
Ik bezit ook nog zo'n boekje over het Gruwelkamp Breendonk, geschreven door de Mechelaar Jef Peeraer, een overbuur op de Astridlaan,die het mijn vader eind jaren 40 cadeau gaf en waarin hij zijn verblijf in Breendonk schetste. Onvoorstelbaar voor de 20e eeuw wat mensen andere mensen konden aandoen....

 Hoy,Jan onze Mechelse kunstschilder Jan De Winter is een boek aan het schrijven en vraagt hulp. Staat er soms in uw boekje welksoort vliegtuigen den HERLA zijn komen bombarderen?

Herla was gelegen aan de Colomabrug.

...ik kan je jammer genoeg niet voorthelpen Jackie...  Wie weet meer?

@ nen echte Mecheleir: ik zal eens horen bij mijn ventje - vliegenierke. Hij heeft een paar collega-piloten die misschien wel iets meer weten. Onder hen Frans Van Humbeek, historicus/piloot. (en waarschijnlijk zal ventje dit wel lezen nog voor ik het hem kan vragen ...)

Dat waren 4 Mosquito's.

De kans dat Bob gelijk heeft is quasi 100%

Voor dit soort van operaties ( kleinere bombardementen over middellange en korte afstand ) gebruikte de RAF bij voorkeur de De Haviland Mosquito.

Het bijzondere aan dit vliegtuig was dat het -in tegenstelling tot wat gebruikelijk was- volledig in hout was vervaardigd, triplex en miltiplex eigenlijk. En daar hadden ze dan 2 knoerten van motoren in gemonteerd, waarschijnlijk Rolls-Royce Merlins, daar ben ik niet 100% zeker van, maar dat kan je wel opzoeken. Bijgevolg hadden de Engelsen daarmee een vliegtuig dat bij wijze van spreken door elke schrijnwerker kon gefabriceerd worden, met zijn lage gewicht vrij veel bommen kon meezeulen, en als kers op de taart was de Mosquito sneller dan de Messerschmidt ( de moffen hun favoriete jager ) wat wel handig was, daar triplex niet echt kogelvrij is. 

 Bedankt jongens,jullie hulp in dank aanvaard.

Jackie

En zo kwam er wéér leven in een drie jaar oude, zélfs door mij haast vergeten post....   ;-)