(foto's: Jan Smets - Frank Renette)
Het gebruik lijkt in een aantal gemeenten stilaan opgedoekt te worden, en andere 'formules' komen in zwang. Maar Mechelen houdt gelukkig deze mooie traditie in ere. Bij elk officieel bezoek wordt in het stadhuis het Guldenboek van de stad plechtig aangeboden aan de eregast, die het dan mag tekenen. Het huidige Guldenboek dat op het stadhuis bij de dienst Protocol bewaard wordt, dateert van 1974 nadat het vorige exemplaar dat voor de eerste keer werd voorgelegd in 1891 vol was. Dat boek is terug te vinden in het stadsarchief. Het tegenwoordige Guldenboek heeft een mooi rood lederen kaft met een Mechels wapenschild en heeft goudopdruk. Het is de Mechelse kunstenaar Frank Renette die de eer heeft om het telkenmale te illustreren. En dat doet hij met heel veel vakkennis en heel minitieus. Zijn vuurproef kreeg hij bij het bezoek in 2013 van het kersverse koningspaar Filip en Mathilde aan onze stad ter gelegenheid van de Cavalcade...
Frank die gehuwd is met een Mechelse woont al zo'n twintig jaar in onze stad, maar hij werd in 1957 geboren in Lebbeke. Van opleiding is de man bouwkundig tekenaar. Tekenen deed hij van kindsaf. Vanaf zijn vijfde, zegt hij. Het was dan ook geen verrassing dat hij zich hierin verder zou bekwamen.
Zo volgde hij lessen aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten in Dendermonde en nadien aan de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten in Mechelen. Zowat zestien diploma's kan Frank voorleggen en hij bezigde zowat alle tekentechnieken. Zelf noemt hij zijn stijl Realistische Figuratie. Zijn tekeningen - vooral portretten - tonen zijn groot technisch kunnen en zijn talent om van zijn geportretteerden mensen van bloed te maken. En dat maakt het verschil tussen de vakman en de kunstenaar.
Frank Renettte gaat erg gedetailleerd en perfectionistisch te werk.
Sinds de vorige Cavalcade, nu drie jaar geleden, ben ik de vaste kunstenaar voor het illustreren van het Guldenboek. Ik deed er ondertussen zo'n vijftien. Ik ben indertijd aangezocht geweest door Eke Zariffa die samen met Guy Van Dam verantwoordelijk is voor de dienst Protocol. Het is ook van deze dienst dat ik de opdrachten doorkrijg. Zo'n officiële ontvangst op het stadhuis moet eerst worden goedgekeurd door de Gemeenteraad. Nadien mag ik dan aan de slag. Meestal vertrek ik van een scherpe foto van de eregast. Ook een vlag of een landkaart kunnen. Soms moet ik wel snel werken als ik de opdracht laat doorkrijg. Dan wordt het vaak nachtwerk, want aan zo'n bladzijde voor het Guldenboek teken ik toch wel een tweetal dagen. Belangrijk vooral is dat ik mijn artistieke vrijheid mag en kan behouden. Anders zou ik de opdracht ook niet aangenomen hebben. Nee: censuur kan niet.
Frank Renette is met het Guldenboek van Mechelen niet aan zijn proefstuk toe. Hij tekende ook voor het Guldenboek van de Belgische Defensie (Renette was tot voor zijn pensioen beroepsmilitair...). Ook maakte hij illustraties voor het Guldenboek van de Hoge Raad voor Diamant en verschillende oorkondes.
Ik heb dus al wel wat persoonlijkheden geportretteerd. (lacht) Als ik het op een bepaald iemand minder begrepen heb, zie je dat wel in het portret. Jij niet. Maar ik wel! Bij zo'n officiële ontvangsten in het stadhuis ben ik zélf niet bij. Alleen bij de ontvangst van koning Filip en koningin Mathilde was ik aanwezig. De koning die attent werd gemaakt op mijn tekening zei toen: "mooi, mooi...". En koningin Mathilde vroeg: "heb jij dat helemaal alleen gedaan?". Ik wou daar toen nog iets op zeggen, maar de burgemeester gebaarde me discreet om te zwijgen. Zo gaat dat immers bij het protocol.
Frank Renette tekende al in het Guldenboek voor ondermeer de bezoeken van de ambassadeurs van de Volksrepubliek China, Duitsland, Finland, Oekraïne, en onlangs ook Nagorno Karabach. Binnenkort mag hij iets ontwerpen voor het bezoek van een delegatie uit Wit-Rusland.
Soms maak je wel wat mee hoor... Toen ik nog het Guldenboek van de Belgische Defensie illustreerde was er zelfs een kleine rel omdat de gast uit het Afrikaanse Ghana het boek niet tekenen wilde omdat ik de kaart van België even groot had getekend als die van zijn land. En dat was beslist toch groter dan ons Belgenlandje zeker!
Tot nog niet zo lang geleden was er haast maandelijks een ere-ontvangst in ons stadhuis. Maar die frequentie is nu wat teruggeschroefd.
De ontvangsten gaan door in de Kolommenzaal waar ook de geschenken worden uitgewisseld. Vroeger werden er leren aktentassen met het logo van de stad cadeau gedaan, maar nu wordt er vaak een boek geschonken.('Kunst van de middeleeuwen tot heden' van stadsgids Rudi Demets). Voor alle zekerheid ligt er steeds een tweede pen klaar.
Na het signeren van het Gulden Boek wordt het dichtgeklapt en gaat het weer op slot bij de dienst Protocol.
Eigenlijk is dit wel jammer dat mijn werk zo weinig zichtbaar is. Het zou misschien wel fijn zijn dat de Mechelaars het ook zouden kunnen bewonderen. Het is toch immers een boek van 'onze' stad. Zou het geen leuk idee zijn om het in een afgesloten vitrinekast tentoon te stellen beneden in de ontvangstruimte van ons stadhuis? Gelukkig maak ik van al mijn tekeningen wel foto's. En ik krijg wel waardering voor mijn werk. Een schouderklopje doet deugd natuurlijk.
Frank maakt zijn illustraties niet rechtstreeks in het boek maar op bladen die hij daarna vakkundig in het boek zet (Frank Renette is dan ook boekbinder).
Dat werkt praktischer. Fouten kunnen moeilijk hersteld worden anders. Bovendien is het papier in het boek 'klotepapier'. Het is net vloeipapier, en dan is het bijvoorbeeld uiterst moeilijk werken met aquarelverf. De hele illustratie werk ik zelf af. Ik bekwaamde me hiervoor ook in de kalligrafie. Hierin ben ik een autodidact.
Voor Frank werden andere kunstenaars aangezocht om het Guldenboek te illustreren,zoals al eens een directeur van de Koninklijke academie, of een Jef Van Grieken voor wie Frank een erg grote bewondering heeft. Het is Jef Van Grieken die de illustratie mocht maken bij het pausbezoek van 1985.
Voor het vorige Guldenboek tekende zelfs een beroemd Mechels kunstenaar als Alfred Ost.
Zolang men het mij vraagt zou ik dit graag voortdoen. Mogelijk - dat is nu in onderhandeling - mag ik binnenkort illustreren voor het Guldenboek van de Vlaamse Regering. Mocht dit zover komen dan zal ik flink wat werk bijkrijgen. Gelukkig ben ik nu in pensioen en ben ik met mijn tekenwerk zelfstandige in bijberoep. Ik teken haast dadelijks. Meestal portretten in opdracht. Ik werk in mijn atelier boven de kunst-en inlijstingenwinkel Goya in de Consciencestraat. Af en toe stel ik mijn werk ook ten toon. Momenteel loopt er tot eind augustus een expo in Willebroek.
Frank Renette gaat heel miniteus te werk bij het portretteren.
Voor een portret in het Guldenboek ben ik ongeveer twee dagen aan de slag. Maar een besteld portet kan zo'n drietal weken werk vragen. Soms zit ik wel een ganse dag aan één oog. Ogen zijn belangrijk. Maar ook mondhoeken zijn dat. Ze maken een gezicht. Ze zijn voor iedereen heel specifiek en verschillend. Een schedel is nagenoeg voor iedereen hetzelfde. Een goeie kennis van anatomie is uiterst belangrijk. Zonder dat lukt het je nooit écht goed. Handen en voeten zijn het moeilijkste. Ik begin altijd met het hardste potlood dat ik heb, en dadien werk ik het verder laag voor laag af met zachte potloden. Gommen doe ik nooit. Ik werk meestal met foto's, maar nog liever heb ik dat mensen poseren voor mij als dit lukt. Zo heb je immers een driedimensioneel beeld. De kunst is om de geportetteerde zo 'levend' mogelijk te maken. Je moet gevoel leggen in het portret. Ik besef dat ik een beetje beroeps-misvormd ben. Vaak zit ik op een terras mensen te observeren en ben ik die al aan het tekenen in mijn hoofd. Ik ben een perfectionist. Soms lig ik te woelen in mijn bed omdat een portret niet echt lukt zoals ik het zou willen... Dan sta ik op..., verandere iets aan een mondhoek of zo...en ineens lukt het me dan wel...
Frank Renette is een enorme bewonderaar van Rembrandt en zijn werk in clair-obscur. Zo stond hij ooit twee uur en tien minuten voor het schilderij 'De Nachtwacht' om alle details in zich op te nemen... Hij leerde er veel van...
Portretten zijn niet altijd gemakkelijk. Het liefst teken ik oudere mensen met expressieve koppen. Ik maakte één keer een zelfportret. Da's pas moeilijk. Onbewust en ongewild idealiseer je jezelf. Je kijkt immers anders naar jezelf in de spiegel dan anderen je zien. Verder doe ik geen toegevingen bij het maken van een portret. Ik verdoezel niks of laat niks weg. Nooit! Jamais! Ik teken wat ik zie en hoe ik de geportretteerde aanvoel.
Frank Renette legt de lat voor zichzelf hoog. Ons Guldenboek kan er maar wel bij varen. Zijn tekenleraar Edwin Gooyvaerts in de Mechelse academie zei het ooit - achter hem zijn werk bewonderend - : "de leerling is de leraar aan het voorbijsteken...". Een mooier compliment is er toch niet?
Zoëven zijn website bezocht. On-ge-loof-lijk hoe die man kan tekenen! Daar bestaan alleen maar superlatieven voor.
Bravo, bravo, bravissimo voor zoveel talent!
Heel mooi!