"Misschien voor oude besjes", zullen sommigen denken, maar kant kan toch nog aanspreken. En op onze Mechelse kant mogen we terecht fier zijn.
De Mechelse kant en die van Valenciennes worden algemeen gezien als de fijnste kant. Geen toeval dat koningin Fabiola trouwde met een “vool” (hoofddoek – neen geen shador) in Mechelse kant. Verleden week nog extra belangstelling van een Italiaanse toeriste die duidelijk zeer goed op de hoogte was en informeerde naar de Mechelse “pizzi”.
Ik verwees haar naar kantschool “Etterjefke” en kon het alleen maar betreuren dat ik die dag geen werk van die school kon tonen.
Misschien moet die “signora” maar eens terugkomen op 4 september want dan organiseert de kantschool “Etterjefke” in de namiddag ter gelegenheid van haar 10-jarig bestaan een tentoonstelling met demonstraties in de Keldermanszaalvan het stadhuis.
"Etterjefke” verwijst naar een klein kanten boordje, met gaatjes om een lint door te rijgen. Volgens een boek van Pierre Verhaegen in 1902 uitgegeven, werd het toen al in Mechelen geklost. Meestal waren het oude vrouwen of kinderen die zich hiermee bezig hielden. Deze laatsten werden aangespoord met de woorden: “etter jefke”. Ofte vlugger werken” in het Mechels dialect.
Na de tentoonstelling “Mechelse kant”in de Midzeelhoeve in 1998 namen José Tonnoeyr en Bertha Van Looy het initiatief om een kantclub op te richten in Mechelen. Ze werden hierin aangemoedigd door Heidi De Nijn, toen conservator van de Musea en kregen de steun van stadsbeiaardier Jo Haazen. Die stelde een lokaal ter beschikking in de Beiaardschool. Op 1 september 2000 was het zover: 16 enthousiaste kantwerksters die iedereen wilden tonen dat de kant in Mechelen en de Mechelse kant nog leeft, kwamen voor het eerst samen, de kantclub was geboren en hun naam was vlug gekozen: "etterjefke"
Nu zijn ze ongeveer 10 jaar verder en kijken even om: De club nam regelmatig deel aan culturele manifestaties in en buiten de stad en tijdens de zomervakanties demonstreren ze elke vrijdagnamiddag in het museum Hof van Busleyden. Dit wordt vooral door toeristen gewaardeerd. Het museum is nu gesloten, maar zij zetten deze traditie ondertussen voort bij “Uit-in-Mechelen” (toerisme). Als het weer het toelaat, houden zij buiten Op-Sinjoorke gezelschap. Toeristen en Mechelaars tonen veel belangstelling en weten nu dat er niet alleen in Brugge kant geklost wordt, en dat de Mechelse variant veruit de fijnste is.
Iedereen welkom op 4 september 2010.
Nog een voorbeeld van Mechelse Kant...
Ik denk dat er een veertig jaar geleden in de koeistraat nog een kantklossersklub heeft bestaan. Als ik mij goed herinner heette ze "De Tierlantijntjes". Ze was achteraan deze straat, terhoogte van het huis waar Dr. Van Deuren toen zijn praktijk had. Wie weet meer ?
@Iene van de b. De kantschool die ge bedoelt werd opgericht door Liesje Matheus en heeft inderdaad een heel aantal jaartjes bestaan en opleiding gegeven aan geinteresseerden.Haar echtgenoot was Paul Dupont, boekhouder, en het gezin hield zich ook bezig met de opvang van gerechtskinderen.
Jeanneken, dat waren dus voorbeeldmensen .Waar vindt ge ze nu nog ?
Maria Theresia door Martin Von Meytens - Stadhuis te Gent
Rudi, in 1744 kreeg keizerin Maria Theresia, een groot kantliefhebster, een japon in Mechelse kant cadeau van de stad Gent, die hiervoor 25.000 gulden veil had. Als dank poseerde ze in dit kleed voor haar hofschilder. Ze schonk het schilderij aan Gent waar het nog steeds te bewonderen is in het stadhuis. (o.a.gedeeltelijk ontworpen door onze Rombout Keldermans II) Mechelse kant werd dus kennelijk ook ver buiten Mechelen vervaardigd.
Het zou mij niets verbazen moest het originele kleed nog ergens in Wenen hangen. Ik herinner me nog uw artikel over de kartons van de slag bij Tunis. Misschien weet men daar meer?
En alweer een prachtkaart i.v.m. kant...
@rvpee:
wel ik heb nog een contact daar - ik ga eens mailen - misschien zit hier iets ion hé. bedankt voor de tip.
En voilà de mail is al richting Kunsthisorisch Museum van Wenen. Stel je voor dat dit kleed daar nog is????
Alhoewel, ik ben even gaan grasduinen in het boek":Kroniek van de Kant in Mechelen en Mechelse Kant" van de hand van Hary Vermeir en José Tonnoeyr (2006)
Daarin wordt het kleed besproken. Er zijn twee portretten van gemaakt, één dus in Gent en één in Schönbrunn. Volgens kenner Luc Paullie vertonen lijfje en rok de kenmerken van de Brusselse kant met de "drochelgrond". de omranding van de pelerine en de mouwboorden lijken erg op de Mechelse kant uit die tijd. Tot zover een specialist. Als leek kan ik dat beamen, want de grote Mechelse traditie was vooral in boordsels ( zoals het "Etterjefke")
Ondertussen heb ik een automatisch antwoord op mijn mail naar Wenen en de betreffende dame is afwezig tot 13/9 ; geduld dus.
Hier een verklaring van drochelgrond
en
hier de verklaring van tule (met een 500x vergroting van een strook Mechelse kant).
Dat kantklossen niet enkel door oude besjes werd gedaan, bewijst deze oude prent...